Waterdunen, aanwinst voor of aanslag op het Zeeuwse landschap?
Jan Willem Bosch
Ten westen van Breskens is op dit moment een
grootschalige transformatie van de kust aan de
gang. Eeuwenoud agrarisch land (daterend uit ca.
1610) verdwijnt en maakt plaats voor een gebied
met natuur en verblijfsrecreatie. Om de ontwikke
ling van Waterdunen te schetsen en te kunnen
duiden is het noodzakelijk om eerst een blik te
werpen op de al decennia spelende discussie over
de herinrichting van de West-Zeeuws-Vlaamse
kust.
Van landinrichting naar een gebiedsgerichte aanpak
De Zeeuwse landbouworganisaties dienden al in
1979 een verzoek om landinrichting voor geheel
West-Zeeuws-Vlaanderen in om de verkavelings
situatie binnen het gebied verregaand te verbete
ren. Vanwege de grote oppervlakte werd voor de
uitvoering West-Zeeuws-Vlaanderen toen in een
achttal deelprojecten opgedeeld. Vanaf 1985 wer
den de landinrinrichtingsprojecten een voor een
aangepakt. Aanvankelijk werden ze voorbereid
en uitgevoerd als traditionele ruilverkavelingen,
sommige zelfs met de aanduiding "met admini
stratief karakter". Hierbij was er maar in beperkte
mate aandacht voor natuur en landschap omdat
het accent lag op ruiling van gronden, in combi
natie met zogenoemde kavelaanvaardingswerken.
Voorbeelden hiervan zijn de ruilverkavelingen
Sluis-Oostburg, Breskens-Zuidzande en Schoon-
dijke. De kust van West-Zeeuws-Vlaanderen was
een van deze acht landinrichtingsprojecten. Na
de voorbereiding werden de plannen aan de
streek (lees: de grondeigenaren) ter stemming
voorgelegd.
Grondeigenaren, meestal boeren, maar ook
waterschappen, gemeenten en Rijkswaterstaat
stemden over het al of niet doorgaan van een
landinrichtingsproject. Bij de besluitvorming gold
zowel het principe van 'een man, een stem' als
dat van 'een hectare, een stem'. Een ruilverkave
ling ging door als de meerderheid van de grond
eigenaren voor was of de meerderheid in aantal
hectaren voor stemde. Grote boeren hadden hier
door dus veel invloed op de uitslag. Bij de eerste
ruilverkavelingen ging dat nog goed, maar op 7
december 1995 werd de (administratieve) ruilver
kaveling Biervliet als eerste afgestemd. Ook bij de
ruilverkaveling Aardenburg, een veel omvangrij
ker project, ging het mis; het project werd op 26
september 1996 afgestemd: 69 procent van de
stemgerechtigden was tegen, en ook 57 procent
van het aantal hectaren.
De toenemende invloed van de natuurbe
scherming op het landinrichtingsplan was in
1996 een belangrijke reden voor het afstemmen.
Volgens de boeren moest in het kader van de
landinrichting te veel landbouwgrond in natuur
worden omgezet. Het gebruik van ruilverkavelin
gen, die in de jaren zestig en zeventig een grote
invloed hadden op de vormgeving van het platte
land, bleek met het afstemmen van de ruilverka
veling Aardenburg zijn beste tijd gehad te heb
ben. Voor de provincie was de uitslag aanleiding
om zich grondig te gaan bezinnen op de toekomst
van de landinrichting in Zeeland.
In 1997 was een landinrichtingscommissie al
zes jaar bezig met de voorbereiding van het pro
ject Herinrichting kust West-Zeeuws-Vlaanderen.
Dit project is nooit in stemming gebracht, omdat
de vertegenwoordiging van de landbouw uit de
commissie stapte. Hierna zijn de bakens verzet
van een traditionele landinrichting naar een meer
gebiedsgerichte aanpak. De landinrichting kreeg
dus een bredere doelstelling, waarin ook de soci-
aaleconomische problemen (een krimpende en
vergrijzende bevolking), de kwaliteit van de toe-
ristisch-recreatieve sector en de kustveiligheid
werden betrokken. Ook Europese richtlijnen als
de Kaderrichtlijn Water en de Vogel- en Habitat
richtlijn werden geïntegreerd in de planvorming.
In 1999 werd de Gebiedscommissie West-
Zeeuws-Vlaanderen geïnstalleerd, waar de verte
genwoordiging van de landbouw weer deel van
uitmaakte. Kort daarvoor hadden de natuurbe
schermingsvereniging 't Duumpje en de geza
menlijke recreatieondernemers de koppen al bij
elkaar gestoken. Voor die tijd hadden met name
de recreatieondernemers en de particuliere
natuurbescherming flink met elkaar in de clinch
10
Waterdunen