Zeeland 24.1
met elke vloed onder, maar slechts met spring
vloed en stormvloed. De Gouwe is niet gedempt,
maar verzand en dichtgeslibd. Boven de lijst ver
dwenen winkels en cafés staat "Hoe God ver
dween uit Dreischor" en dat snap ik niet (en ik
vind het niet kies). Hier had ik graag een lijst
gezien van bedrijven die er nog wél zijn (geschre
ven wordt van 129 bedrijven en bedrijfjes). De
bevolkingsgrafiek van Schouwen-Duiveland (blz.
165) begint met 3.400 inwoners in 2010, maar
bedoeld zal zijn 34.000!
In het slothoofdstuk 'Dans met mij' wordt in
zeven bladzijden een knappe samenvatting gege
ven. Deze titel is ontleend aan de gelijknamige
documentaire over de vierkante kilometer Drei
schor, die verwijst naar "de speelse en liefdevolle
interactie tussen mensen onderling, maar staat
ook symbool voor de omgang van mensen met
hun omgeving", in feite dus de samenhang in
ruimte en tijd van Dreischor met de rest van de
wereld. Een persoonlijk voorbeeld is mijn ont
moeting op de Vlasdag met een oud-leerling die
gezagvoerder van een Boeing 737 is maar gewoon
in Dreischor woont en op die dag toeristen in een
open wagen rondrijdt.
Als symbool van hun benadering beschouwen
de auteurs de bloem margriet. De witte kroon-
blaadjes zijn de wetenschappers met hun onder
zoek, de gele buisbloemen in het midden zijn de
doorleefde verhalen van de bewoners. Daar huist
de ziel, heet het nogal theatraal. De bewoners
hechten aan de cultuurhistorische waarden, de
economische en ecologische aspecten worden veel
minder genoemd. Wat in 1907 een lelijke, veel te
grote reclame was voor Jurgens' Solo-margarine
op een oude gevel, werd in 2007 mooi en nostal
gisch gevonden en gerestaureerd. Het steeds ver
anderende cultuurlandschap is het dynamische
decor, dat sterk wordt bepaald door de creativiteit
van ondernemende mensen.
Het stevige boek van 25 bij 25 centimeter met
een luchtfoto van de vierkante kilometer van
Dreischor op de band is zeker een aanwinst. Het
is de illustratie van het idee dat hoe meer je van
een plek weet, des te interessanter het wordt. Te
waarderen valt de vernieuwende aanpak voor de
beschrijving van een stukje van de bewoonde
aarde in het jaar 2014.
Frans Beekman
André Bauwens en Hans Krabbendam (red.), Schar
nierend Gewest, 200 jaar Zeeuws-Vlaanderen.
Nummer 42 (2014) in de serie Bijdragen tot de
Geschiedenis van West-Zeeuws-Vlaanderen, Heem
kundige Kring West-Zeeuws-Vlaanderen, 200 pp.,
19,95. Te bestellen via 0118-654347 of info@
zeeuwsgenootschap.nl. Ook verkrijgbaar bij de
VVV's in Zeeuws-Vlaanderen.
Op 12 april 2014 vond het symposium 'Scharnie
rend gewest tussen Noord en Zuid, 200 jaar
Zeeuws-Vlaanderen' plaats in de Grote Kerk van
Groede. Daarbij werd het herdenkingsboek Schar
nierend Gewest overhandigd aan dijkgraaf Toine
Poppelaars. Elf auteurs van binnen en buiten de
regio beschrijven hoe Zeeuws-Vlaanderen als een
scharniergewest heeft bewogen tussen Vlaande
ren en Zeeland, tussen België en Nederland, van
zuid naar noord.
In de Middeleeuwen maakte de streek deel uit
van het graafschap Vlaanderen, een leen van de
Franse koning. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog
(1568-1648) werd het noordelijke deel, grenzend
aan de zuidoever van de Westerschelde, losgesne
den van het moederland. Ruim twee eeuwen vie
len het zuiden en oosten van de streek bestuurlijk
als Generaliteitsland direct onder de Staten-
Generaal in Den Haag. Het centrale deel met de
plaatsen Axel en Terneuzen werd bestuurd door
de Gecommitteerde Raden van Zeeland. Het afge
sneden deel kreeg de naam Staats-Vlaanderen.
Pas na 20 juli 1814 werd de streek officieel in
zijn geheel bij de provincie Zeeland gevoegd en
kreeg het de huidige naam. De reactie op deze
nieuwe situatie staat in de bundel centraal. De
auteurs kregen als opdracht mee de verbindings
lijnen naar het zuiden en het noorden te zoeken.
Die met het zuiden verschoven geleidelijk naar
Boekbesprekingen
43