8 van het Meetjesland, Appeltjes van het Meetjes land 2015. L. Goeminne schrijft hierin 'Sluizen bouw in Vlaanderen tijdens de middeleeuwen en de nieuwe tijd'. De aandacht gaat vooral uit naar de bouwkundige, technische en terminologische aspecten van de sluizenbouw, met name van de keersluis. Een keersluis, ook waterkering genoemd, is een constructie die dwars door een rivier wordt aangelegd om het water stroomop waarts tegen te houden, zodat het waterpeil hoog genoeg blijft en scheepvaart mogelijk is. Stroom afwaarts moeten overstromingen door de kering voorkomen worden. Waarschijnlijk werden de eerste keersluizen ongeveer in het jaar 1000 gebouwd. Naarmate de bevolking toenam, en door stijging van de zeespiegel en stormvloeden het gevaar voor overstromingen groter werd, kwamen er meer sluizen. Alle onderdelen van de sluis worden besproken, gevolgd door een verkla rende woordenlijst van termen in de sluizenbouw. P. de Reu vertelt over het lot van de keuter boeren in een kantelende samenleving in het midden van de negentiende eeuw. De kleine boe ren konden slechts overleven door een evenwicht te vinden tussen voldoende productie voor het gezin enerzijds en anderzijds door genoeg over te houden voor de noodzakelijke handel. Aanvul lende inkomens werden gehaald uit de verkoop van thuis geweven linnen en katoenen stoffen. De auteur bespreekt de dagelijkse overlevings- strijd van wevers en keuterboeren en laat aan de hand van de geschiedenis van het dorp Waar schoot zien hoe het hele functioneren van de dorpssamenleving ontwricht raakte. In het artikel 'Zomergem en de prille Vlaamse beweging' lezen we dat de Vlaamssprekende bevolking sinds de oprichting van de Belgische staat in 1830 geen gelijke kansen heeft gekregen om zich cultureel te ontwikkelen. De keuze van Frans als voornaamste officiële taal bevorderde het gebruik van het Frans bij de bestuurlijke en culturele elite. De orangisten in het onafhanke lijke België hadden dan ook heimwee naar de toe stand van vóór 1830. De oprichting van de Koninklijke Vlaamse Academie in 1886 was een vorm van erkenning van het Nederlands en de Vlaamse gemeenschap. Volgens de auteur is het de plicht van huidige en toekomstige generaties de ijver en moed van de Vlamingen van het eer ste uur in ere te houden. Een van de belangrijke Vlaamse strijders was Alfons Siffer (1850-1941), actief in katholiek Gent en bevlogen volksverte genwoordiger. Zijn leven en betrokkenheid bij de Vlaamse zaak worden uitvoerig besproken. De Bayerische Akademie der Wissenschaften te München zond Wie viel Wissenschaft braucht der Naturschutz? Het is een kritische beoordeling over de stand van zaken tot nu toe wat betreft de natuurbescherming. Ondanks alle beschermende maatregelen neemt het aantal met uitsterven bedreigde planten- en diersoorten steeds meer toe. Schort het aan de wetgeving of gaat het in de praktijk mis? Hoe komt het dat soms zeer wijze, en dan weer volledig ineffectieve maatregelen genomen worden? En welke rol speelt natuurbe scherming als een soort zich lijkt te herstellen? Uitgaande van dit soort vragen wordt in deze publicatie besproken wat de rol van de weten schap kan zijn voor onze natuurbescherming. Aanwinstei

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2016 | | pagina 38