1
de kopers van land op Walcheren landbouwer.
Boeren kochten en verkochten altijd al land, om
te kunnen gaan boeren, om hun bezit uit te brei
den, na het overlijden van de vorige generatie,
enzovoort. Van de honderd kopers uit 1795 waren
er 51 zeker boer, terwijl er zes vermoedelijk boer
waren, één rustend landbouwer en zes onbekend.
Op Tholen waren van de 39 kopers er zeker zes of
zeven boer, terwijl acht zulke hoge bedragen
besteedden dat zij of gegoed landbouwer of bur
ger geweest moeten zijn. Gezien de aard van ons
onderzoek richten we ons nu op de restcategorie.
Daartoe behoren de stadsbewoners en midden
standers die land kochten als geldbelegging of om
er hun paarden onder te brengen. Daarbij waren
enkele molenaars, enkele regenten (Middelburg,
Poortvliet), een zoon van een brouwer, een koop
man, een handelaar in onroerend goed, een
bejaarde slager uit Middelburg en een fabrikant-
"kruidmakersbaas" uit Vlissingen.
Vervolgens resteerden, op Walcheren althans,
maar zestien kopers van land in 1795. Elf van
deze zestien plattelanders besteedden minder dan
100 pond Vlaams voor hun aankoop. Eén van de
vijf overigen was een smid, schoonzoon van een
landbouwer, die een hoog bedrag uitgaf. Geen
wonder dat hij later boer was; zijn verandering
van beroep had eerder met zijn huwelijk te maken
dan met zijn landaankoop.
Dat bijna geen van de overigen later als land
bouwer te traceren valt, en zeker niet de arbeiders
onder de kopers, vormt een bevestiging van een
deel van het verhaal van Geschiere. Een van de
kopers was en bleef schoolmeester en ontvanger
te Serooskerke, een ander was arbeider of schoen
maker maar zeker later geen boer, één was een
winkelier die tevoren ook al land verhandelde,
één was de huisknecht en tuinman van het buiten
Zeeduin, één was en bleef dijkwerker te Westka-
pelle, één was en bleef arbeider te Biggekerke en
één was een boerenzoon uit Poppekerke - maar
later geen boer. Verder een kleermaker en twee
arbeiders, wier kinderen later allen te boek ston
den als arbeider. Ten slotte een twijfelgeval: de
Middelburger Gillis Prent, van wie we weten dat
hij na zijn aankoop van land a 33 pond landman
was (1798 en 1814) maar niet of hij dat vóór 1795
misschien ook al was.10
Hooguit drie (of vier wanneer we Prent mee
rekenen) van de zestien plattelanders die in 1795
land kochten, op een totaal van 100 landtrans-
acties, werkten zich op tot boer. Maar deze drie
deden dat niet vanuit de arbeidersstand. De één
was smid Pieter Pieterse Verhage te Zoutelande
die, geboortig van Poppekerke, vermoedelijk een
agrarische achtergrond had. Hetzelfde geldt voor
Abraham Schroevers te Ritthem, die in de jaren
1810 voorkomt als tuinder en boer, maar van wie
we niets weten vóór zijn aankoop van boerderij
en land a 300 pond. Cornelis Thoutenhoofd te
Zoutelande ten slotte, later boer, was in 1789
landmeter te Boudewijnskerke, dus woonachtig in
het buitengebied.11
De niet-stedelingen en niet-landbouwers
onder de kopers van land op Tholen in hetzelfde
jaar, voor zover te traceren, geven een vergelijk
baar beeld te zien. Onder hen vinden we W.H. van
der Maale, zowel in 1784 als in 1798 arbeider;
ook zijn kinderen behoorden tot de werkende
stand. Verder de smid C. van der Burgt, de
schoenmaker of ook wel arbeider Jacob van Dijke
en schoenmaker Laurens van Dijke. De laatste
was gehuwd met een boerendochter, maar zou
later als arbeider vermeld staan. Alle vier hadden
voor een relatief laag bedrag land gekocht. Een
sociale stijger was misschien wel Tholenaar Jan
Herkemij, in 1797 gerechtsdeurwaarder, in 1811
stadswachter, in 1812 arbeider en in 1820 winke
lier. Herkemij kocht veel land en bezat in 1832,
nog steeds als winkelier, ruim een dozijn perce
len, voornamelijk stadshuizen en -tuinen. Bij zijn
overlijden in 1837, op 81-jarige leeftijd, stond nog
wel een hypotheekschuld open.
Kopers van land in 1798
Voor topjaar 1798 is alleen gekeken naar de Wal-
cherse landkopers die minder dan 150 pond
besteedden.12 Van deze 37 personen waren er ten
minste 15 landbouwer, één rustend landbouwer,
Jaar
Weiland
Akkerland
1790
100
100
1795/98
97
118
1802
127
131
1809
198
157
Pachtprijzen van land, verpacht door de diaconie van Grijps-
kerke, 1795-1809, ten opzichte van 1790.9
Landaankopen