Zeeland 25.3
komst van Hyppoliet Meert was nog iemand aan
wezig: dr. J.A. Vollgraff. Op 4 september 1920
was hij benoemd als leraar wiskunde aan het
Middelburgs gymnasium. Vollgraff kwam met
zijn gezin naar Middelburg waar hij een huis
vond aan de Heerengracht nummer 92; hij was
Rekenstaafjes van Napier, in 1924 aan het Zeeuws Genoot
schap geschonken door J. Boele. Zeeuws Museum, G2259.
bijna de buurman van aannemer-schilder Kimpe.
Met Vollgraff had de school een coryfee binnen
gehaald, een groot geleerde die zijn naam inter
nationaal zou vestigen als wetenschapshistoricus.
Vollgraff had wis- en natuurkunde gestudeerd bij
de beroemde Lorentz. Van 1911 tot 1916 was hij
privaatdocent in de geschiedenis van de natuur-
en de wiskunde te Leiden. Als historicus van de
exacte wetenschap was hij een pionier en op dat
gebied heeft hij talloze publicaties op zijn naam.
In 1916 ging Vollgraff in op het verzoek om als
hoogleraar in de wiskunde naar Gent te komen.
Vollgraff zat in de trein met uitgeweken activis
ten die (zoals eerder vermeld) op hun vlucht op
het station van Sas van Gent serieus in de proble
men kwamen.
Als leraar hield Johann Adriaan Vollgraff het
in Middelburg niet lang uit. Zijn tijdelijke aan
stelling werd een paar keer verlengd, maar in
1924 nam hij ontslag. De man had serieuze orde
problemen. Vollgraff bleef nog wel een tijdje in
Middelburg wonen. Daarna verhuisde hij met zijn
gezin naar Leiden. Voor zover ik heb kunnen
nagaan heeft Vollgraff daarna geen betaalde
betrekking meer gehad. Dit heeft zijn weten
schappelijke ontplooiing geen kwaad gedaan. In
Archief van het Zeeuws Genootschap (1924)
publiceerde hij een lezing over de zogenaamde
rekenstaafjes van Napier: met een paar curieuze
staafjes met getallen kun je - als je weet hoe het
moet - de ingewikkeldste berekeningen maken.
Tot slot
Hoe was het mogelijk: in het najaar van 1918
keren duizenden Belgische vluchtelingen vanuit
Nederland terug naar hun land en tegelijkertijd
arriveert een contingent activisten, om in eigen
land represailles te ontlopen. De strikte neutrali
teit van Nederland zal een rol gespeeld hebben bij
de toelating.
Opvallend is achteraf wel de verandering in
de bejegening van deze activisten. Aanvankelijk
schreven de kranten over landverraders. Veroor
delingen werden ruim gepubliceerd en Belgische
kranten werden grif geciteerd. Maar daar bleef
het bij, op een enkele uitzondering na. De activis
ten konden zich organiseren, bijeenkomsten
beleggen en een bestaan opbouwen. Ook politieke
activiteiten werden geduld. Het duurde niet lang
of ze vonden een podium waarop ze via lezingen
en artikelen hun gedrag konden rechtvaardigen.
Men mag daarbij niet vergeten dat er in ons land
vanaf de negentiende eeuw, versterkt door de
Boerenoorlog, in intellectuele en journalistieke
kringen sympathie bestond voor de beweging die
streefde naar versterking van de positie van het
Nederlands in België. Gaandeweg verdween in de
berichtgeving over de activisten het collabora-
tieve gedrag, het heulen met de vijand, volledig.
Er was nog een element dat in hun voordeel
sprak: de wettige Belgische regering (die de acti
visten als haar ergste vijand beschouwde) pro
beerde bij de vredesonderhandelingen tot gebieds
uitbreiding te komen. Zeeuws-Vlaanderen is toen
voor de tweede keer aan annexatie ontsnapt. In
de jaren twintig bliezen bovendien de activisten
hun partij mee tegen het nieuwe verdrag met Bel
gië (met artikelen over de Schelde en een akkoord
over een Schelde-Rijnverbinding). Dat was de
actie waar Anton Mussert voor het eerst gevoeld
moet hebben dat hij een groot leider was en een
taak had.