Han Meyer, De Staat van de Delta. Waterwerken, stadsontwikkeling en natievorming in NL. 238 pp., in kleur geïllustreerd. ISBN 978-94-600 4269-0. Uitg. Vantilt, Nijmegen 2016. Prijs 24,95 Een stevig boek vol met wetenswaardigheden en kaarten, al is het geen koffietafelboek. Het ver haal van Han Meyer, hoogleraar Stedenbouw kunde aan de Technische Universiteit Delft met speciale aandacht voor de Deltastedenbouw, leest als een trein. Meyer is dan ook een geoefend schrijver. Vooral het begin van zijn betoog, waarin hij het heeft over de vroege Republiek en de gevolgen van frequente overstromingen, beklijft. Dat wordt veroorzaakt door zijn niet te onderschatten verteltalent. Maar los daarvan zit het boek ook logisch en goed geordend in elkaar. Het blijft chronologisch, van de oude overstro- mingskaarten tot en met de jongste ideeën, meestal gelanceerd door middel van prijsvraag ontwerpen, voor de nieuwe inrichting van pol ders en nederzettingen. Dat voorkomt irritant door-elkaar-gehaal van verschillende feiten en verhaallijnen, en dat is in dit boek geen overbo dige luxe. Want er is veel dat compact wordt opgedist. Nergens kan de auteur betrapt worden op buitensporige uitweidingen. Veelal zijn de illustraties adequaat, slechts een enkele keer had je iets beters willen zien. Zeeland krijgt in dit boek ruime aandacht. Niet voor niets gaat het over waterwerken die in Zeeland nu eenmaal ruimschoots voorhanden zijn. De Deltawerken spreken tot de verbeelding. Ze krijgen meer aandacht dan de Zuiderzeewer ken, omdat de politieke gevoeligheid rondom dit thema en de verschuiving van de economische kracht van zuid naar noord gedurende de late negentiende eeuw, de besluitvorming complex maakt. Ook is de Delta nog altijd actueel, net als de kwestie van de waterberging in de grote rivie ren. Zeker ook in de komende jaren. Dat sluit goed aan bij wat de auteur te vertellen heeft: een sterk verhaal dat de positie van Nederland ken merkt. In de marge is er aandacht voor de stelling van Neele uit 2011, dat de Zeeuwse economie in de achttiende eeuw ondersteund wordt door de land bouw in plaats van nog altijd te rusten op de internationale handel, zoals meestal veronder steld wordt. Meyer gaat er niet erg op in, al lijkt hij deze stelling te steunen, maar gebruikt hem alleen in de zin om zijn meer algemene stelling dat form follows politics te kunnen beargumente ren. Het is de brede argumentatie van dit boek, dat het landschap gevormd wordt op basis van een politieke consensus over de situatie van de bepaalde locatie, al wordt die consensus soms ook ingegeven door wat Meyer noemt "nationale trots". Een lastig te duiden fenomeen, dat soms ineens opduikt en dan grote gevolgen heeft. Maar dat soms ook achterwege blijft, terwijl je het juist dan verwacht. Onlogisch en ongrijpbaar en pre cies, dat is wat Meyer intrigeert. Hij gaat het niet uit de weg, integendeel, hij gaat er bewust naar op zoek. Althans, dat is de indruk die je als lezer krijgt. Meyer start in hoofdstuk 1 met de ontginning van de Delta, met alle grote overstromingen en de gevolgen daarvan in de oudheid. Ook alle aan- en dichtslibbingen hebben zo een eigen plaats. Reden waarom er ingegrepen diende te worden. Wie dat deed, won de strijd om een interessante, economisch voordelige, havenplaats. Werd het te veel, dan kon je havens graven tot je een ons woog, want aan het langste eind trekken deed je dan niet meer, welke vooruitstrevende techniek er ook aan te pas kwam. Aan de hand van een aantal plaatsen waar dat toch gebeurde, legt de auteur uit wat er fout ging en wat er desondanks tot stand kwam. Langzaam krijgen we een beeld van wat het betekent om tegen het water te vech ten en (economisch) resultaat te boeken. Doch ook op welke wijze deze resultaten onze blik op de politieke werkelijkheid vertroebelen. Dan volgt hoofdstuk 2, over de rivaliteit tus sen Holland en Zeeland in de Republiek. Zeeland wint op alle fronten maar als de handel zich naar het noorden verplaatst is er geen houden meer aan. Geen enkele tactiek of techniek kan die ver- B o e k b espreki n g e

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2017 | | pagina 38