Zeeland 26.2
Zeeuws Museum en de beeldjes zijn nu te bewon
deren in de Wonderkamers van het museum. De
collectie, en dus ook de beeldjes, is online te vin
den op www.zeeuwsmuseum.nl.
Zijaanzicht van het mannelijk voorouderbeeld op de achter
zijde van deze uitgave, korte benen, hoogte 23,3 cm. Zeeuws
Museum (ZM), ZG, nr. 3600-Z-4246.
Voorouders
In Indonesië komen voorouderbeeldjes overal
voor. De gewoonte om voorouderbeelden te
maken dateert van vóór de kennismaking met de
grote godsdiensten. Per taalgebied hebben de
beeldjes verschillende namen. Van der Wolk
gebruikt daarom het overkoepelende begrip ber-
halla, een algemene term uit het Maleis. Berhalla
betekent afgodsbeeld. Ook het Genootschap gaat
ervan uit dat het afgodsbeeldjes zijn, maar dat
zijn ze niet. Die komen ook in dit gebied voor,
maar zijn groter en staan op hoge sokkels mid
denin een dorp of bij de dorpsingang en worden
door alle bewoners vereerd. De kleine houten
Adam Rademaker. Foto Eppo Helder. Zeeuws Archief (ZA),
Zeeuws Genootschap (ZG), Zelandia Illustrata (ZI), IV-155-32.
Genootschapsbeeldjes stellen een voorouder voor.
Op de Molukse eilanden zijn twee typen te onder
scheiden: de familiale of 'gewone' voorouderbeel-
den en de voorouderbeelden van de stichters van
een dorp, die groter zijn. De zes beeldjes van het
Genootschap zijn familiale voorouderbeelden. Dat
is te zien aan de vorm en de hoogte. Ze zijn tus
sen de 5 en 40 cm hoog. Er bestaan ook kleinere
voorouderbeeldjes, die als talisman worden
gedragen.
De relatie tussen levende mensen en hun
overleden voorouders is belangrijk in Indonesië.
Het snijden van houten voorouderbeelden is daar
een voorbeeld van. Op de Molukken speelt voor
ouderverering een grote rol. In de loop der jaren
is de herkomst van de beeldjes diverse malen
aangepast. Rademaker gaf bij de schenking aan
't Is vol van schatten hier
67
