Zeeland 26.2
Boekbesprekingen
75
Marian Rijk, Polderpioniers. Het verhaal van een
boerenfamilie, Amsterdam 2016, 272 pp., geïllus
treerd, ISBN 978-90-26336-77-5. Prijs 19,99
Ze zijn tegenwoordig in de mode: boeken waarin
persoonlijke verhalen over de geschiedenis van
de eigen voorouders in romanvorm worden
geschreven. In tegenstelling tot de 'gewone'
roman, waarin een schrijver zijn eigen fantasie
ruim baan mag geven, wordt in zo'n boek het
verhaal verantwoord. Zo deed Suzanna Jansen
voor haar de hemel in geprezen studie Het pau
perparadijs uitgebreid onderzoek in de archieven
van Veenhuizen en interviewde ze vele mensen
die haar nog het een en ander konden vertellen
over het leven in de voormalige strafinrichting.
Afgaande op de oplagecijfers en het succes van de
op het boek gebaseerde voorstelling sprak en
spreekt haar familiegeschiedenis tot de verbeel
ding van een groot publiek. En dat is alleszins
begrijpelijk gezien de schrijfstijl, het afgebakende
onderwerp en, niet te vergeten, de manier waarop
Jansen erin slaagt de lezer te betrekken bij de
voortgang van haar onderzoek. Of dit alles ook
geldt voor de familiegeschiedenis van Marian
Rijk moet nog blijken, maar eerlijk gezegd heb ik
daarover mijn twijfels.
De familiehistorie begint met de in 1832
geboren Adriana Rijk, dochter van een Zuid-
Bevelandse boerenknecht. Indringend wordt het
zware bestaan van het kinderrijke gezin beschre
ven. De zuigelingensterfte in de negentiende
eeuw was hoog; op de Bevelanden zelfs extreem
hoog, zo is gebleken uit het promotieonderzoek
van Otto Hoogerhuis. Honger en dood lagen per
manent op de loer. Zoals zo veel kinderen op het
platteland, vertrok Adriana op 24-jarige leeftijd
naar Goes om in de 'grote stad' een baantje als
dienstbode te aanvaarden bij een redelijk welge
stelde handelaar die aan de Opril Grote Markt
woonde. Toen ze zwanger werd - de zoon des hui
zes gaf toe dat hij de vader was - werd ze door
haar baas naar huis gestuurd. In 1860 werd Jan
Rijk geboren, een onechtelijk kind. Ondanks deze
'handicap' wist Adriana vier jaar later de weduw-
naar Johannes de Jonge aan de haak te slaan, een
dorpsgenoot en vrachtrijder van beroep. Jan Rijk
trouwde in 1892 met Joanna Pover en werd boer
in Kruiningen. Hun zoon Kees is de opa van de
schrijfster en het is aan hem aan wie in het ver
haal veel aandacht wordt besteed. Ook bij het
uitermate turbulente leven van grootmoeder
Naan wordt lange tijd stilgestaan. Naans vader,
de uit Brabant afkomstige Marijn Lodiers, ont
popte zich al snel als een gefrustreerde dronk
aard, die zijn vrouw zodanig afranselde dat ze
uiteindelijk bij hem wegliep, een zeker voor die
tijd gedurfd besluit. In 1935 trouwde Naan met
Kees. Een droomhuwelijk was het allerminst,
daarvoor keek Naan al te zeer neer op haar man,
in haar ogen slechts een keuterboertje. Aangezien
het gezin van het kleine boerderijtje maar amper
kon bestaan en in de jaren dertig hard werd
getroffen door de economische crisis, kwam de
drooglegging van de Wieringermeer als een gods
geschenk. In 1940 trokken ze ernaartoe - gezien
de lange reis en de vreemde omgeving waarin ze
terechtkwamen moet het eerder als een emigratie
hebben gevoeld - en werden ze de trotse eigenaar
van een 17 hectare groot gemengd bedrijf. Aan
het einde van de oorlog ondergingen ze de gevol
gen van de door de Duitsers veroorzaakte inunda
tie. Hun landerijen kwamen onder water te staan
en van hun boerderij bleef weinig over. Het zou
nog jaren duren voordat de schade was hersteld.
Tot zover de grote lijn uit de familiegeschie
denis. Hoewel het verhaal met vaart is geschre
ven en het zich gemakkelijk laat lezen, spreekt
het niet echt tot de verbeelding. Daarvoor bevat
het simpelweg te veel namen en jaartallen. Af en
toe werd ik bedolven onder de enorme hoeveel
heid feiten die de schrijfster uitstort. Bovendien
probeert ze iedere keer weer de verhaallijnen van
de verschillende familieleden te verbinden met
allerlei ontwikkelingen uit de algemene geschie
denis. Kennelijk gaat Rijk ervan uit dat de gemid
delde lezer weinig of niets weet van, bijvoorbeeld,
de wereldoorlogen of de bittere armoede waaron
der een groot deel van de bevolking verkeerde.
Om nog maar te zwijgen van de veranderende
Boekbesprekingen