m
O
Biggekerke en een vrouwelijke Mondriaan.
Marlow Moss en Netty Nijhoff-Wind
f
Joost Bakker
De Engelse constructivistische beeldend kunste
naar Marlow Moss (1889-1958) is waarschijnlijk
een van de minst bekende schilders uit de Parijse
kunstgroep Abstraction-Création (opgericht 1931).
In 1932 is zij daar op voorspraak van Piet Mondri
aan geïntroduceerd. Opgegroeid in een welgesteld
milieu en opgeleid met muziek en dans besluit zij
op 25-jarige leeftijd kunstschilder te worden. Zij
studeert enkele jaren aan de Londense kunstacade
mies StJohn's Wood School of Art en Slade
School of Art. In 1927 bezoekt zij Parijs en komt
voor het eerst in aanraking met het constructivis
tische werk van Piet Mondriaan (1872-1944), het
zogenaamde neo-plasticisme, de nieuwe beelding.
Nog datzelfde jaar vestigt zij zich in Parijs en
wordt leerling van Fernand Léger (1881-1955) en
Amédée Ozenfant (1886-1966) aan de Académie
Moderne. Enkele jaren later, in 1929, ontmoet zij
daar de Nederlandse schrijfster Netty Nijhoff
(1897-1971), met wie zij een relatie krijgt. Ze ver
blijven vaak in Biggekerke, waar Netty Nijhoff
begraven wordt, met op haar grafsteen een sculp
tuur van Marlow Moss.
Jeugdjaren van Marlow Moss
Marjorie Jewell Moss wordt niet, zoals regelmatig
vermeld, geboren in de voorname Londense voor
stad Richmond, maar in het noordelijker gelegen
kleurloze Kilburn. Vader Lionell Moss drijft daar
een goed lopende textielhandel. Haar moeder
Fanny Jacobs heeft een alleenstaande vermo
gende broer, die eigenaar is van een scheepswerf.
Na het overlijden van haar man Lionell, enkele
jaren na de geboorte van de tweede dochter
Gwendoline Rose (1893-1978), wordt deze broer
benoemd tot voogd over haar beide dochters.
Vader Lionell overlijdt aan de gevolgen van een
verwaarloosde tuberculose, een ziekte die Marlow
van hem oploopt. Jaren van gedwongen rust vol
gen en waarschijnlijk kuurt zij hiervoor in Corn
wall. Haar vader had helaas nooit gekuurd. Het
milde klimaat en de geïsoleerde ligging van
Cornwall hebben een grote aantrekkingskracht
op haar. Zij zou er later nog drie keer terugkeren.
Marlow Moss.
Haar pubertijd brengt zij door het kuren door met
'verplicht niets doen' en als zij uiteindelijk gene
zen is, loopt zij al tegen de twintig. Uiteindelijk
besluit ze kunstenaar te willen worden. Dit cho
queert haar familie, maar haar mening staat vast.
Ze studeert van 1916 tot 1919 in Londen aan twee
kunstacademies: St.John's Wood School of Art en
Slade School of Art.
Door het lezen over het leven en werk van de
beroemde scheikundige Marie Curie (1867-1934)
beseft Marlow haar grote intellectuele achter
stand en zij besluit terug te keren naar Londen.
Daar verdiept zij zich in de leeszaal van het Bri
tish Museum in filosofie, literatuur, kunst, archi
tectuur en wiskunde. Hier legt zij de theoretische
basis voor haar latere beeldende werk onder
andere door de theorieën van de wiskundige
Matila Ghyka (1881-1965) te bestuderen en zij
omarmt zijn ideeën met betrekking tot de mathe
matische verhoudingen in de natuur.
Behalve een innerlijke verandering ondergaat
zij ook vanwege haar lesbische geaardheid een
rouwelijke Mondriaan
81