Zeeland 26.4
Aanwinsten december
G.G. Trimpe Burger-Mekking
Holland, historisch tijdschrift (2017 nr. 3) is een
themanummer over Hollandse krijgsgevangenen.
In de klassieke oudheid werd een krijgsgevangene
vaak als eigendom van de overwinnaar tewerkge
steld, of verkocht. Vanaf de veertiende eeuw ont
stonden in Europa heel geleidelijk religieuze en
juridische conventies rondom oorlogsvoering en
de behandeling van krijgsgevangenen.
Medechristenen - de anderen deden er kennelijk
niet veel toe - mochten niet zomaar worden afge
slacht en dienden fatsoenlijk behandeld te worden
en op den duur de kans te krijgen vrij te komen.
Momenteel staan krijgsgevangenschap en de
omgang met oorlogsrecht in het algemeen volop
in de belangstelling: de rechtszaken met betrek
king tot de eventuele vervolging van leden van
het aan het Srebrenica-drama verbonden Dutch-
bat, de dreigende terugtrekking van Rusland en
sommige Afrikaanse landen uit het Internatio
naal Strafhof in Den Haag en de publiciteit
rondom de executie van Indonesische strijders
door Nederlandse militairen zijn bekende voor
beelden. Van R. de Graaf is het artikel: 'Krijgsge
vangenen in middeleeuws Holland'. De auteur
onderzoekt wanneer iemand krijgsgevangene
werd, welke soorten er waren, hoe de gevangenen
werden behandeld en de eventuele beëindiging
van de krijgsgevangenschap.
Over de 'Engelse krijgsgevangenen in de
Republiek in de zeventiende eeuw' schrijft G.
Rommelse. Tijdens de drie Engels-Nederlandse
oorlogen verbleven duizenden Engelse zeevaren
den in krijgsgevangenschap in Holland, Zeeland
en Friesland. In die vroegmoderne tijd kregen
West-Europese staten geleidelijk een steeds stevi
ger invloed op het militaire domein. Er ontston
den voorschriften hoe een militair zich kon over
geven zonder het gevaar te lopen alsnog gedood
te worden, hoe hij tijdens zijn gevangenisstraf
behandeld diende te worden en tegen welke voor
waarden uitwisseling kon plaatsvinden. De
behandeling van krijgsgevangenen verschilde per
rang. Officieren hadden veel meer bewegingsvrij
heid dan manschappen en ook was hun onderko
men en voeding van betere kwaliteit. Door de
oorlogen ontstonden zowel in Engeland als hier
nijpende tekorten aan ervaren zeelieden. In Lon
den en in Den Haag vroegen ze zich af of het
mogelijk was tussentijds tot een gevangenenuit-
ruil te komen. Hierbij kwam wel een dilemma om
de hoek kijken. Enerzijds wilde men de tegenstan
der graag de extra mankracht ontzeggen, ander
zijds wenste men de eigen mensen terug om de
rekruteringsproblematiek te vergemakkelijken. De
beide partijen besloten tot een pragmatische aan
pak van tussentijdse uitwisselingen. Eerst werden
de gevangengenomen scheepsjongens gratis vrij
gelaten, daarna ging men steeds uit van gelijke
aantallen zeelieden van dezelfde rang. Tijdens de
vredesonderhandelingen van 1654, 1667 en 1672
was de uitruil van de resterende gevangenen en
de financiële afhandeling een van de bespreek-
punten. De Engelse regering vond dat beide par
tijen de kosten voor de eigen manschappen moes
ten dragen, wat zeer onvoordelig was voor de
Republiek, daar er veel meer Nederlanders in
Engeland gevangen zaten dan Engelsen hier. Na
veel diplomatiek touwtrekken kwam men overeen
alle krijgsgevangenen zonder losgeld uit te wisse
len, ongeacht het aantal. Om de kosten enigszins
terug te verdienen werden ze voor vertrek volle
dig uitgeplunderd en konden ze bij thuiskomst
meestal fluiten naar hun nog niet betaalde gage.
Het volgende artikel is 'Mishandeld, uitge
schud, geklonken aan de keten' van de hand van
J. ten Brugge. Het gaat over de kaping van VOC-
schepen en het lot van de opvarenden in de
Franse tijd. De invasie van de Republiek door de
Fransen had enorme impact op het buitengaatse
verkeer. Een groot deel van de VOC-vloot was het
lot beschoren tot vijandelijk bezit verklaard te
worden. Een enorm kapitaalverlies voor de 'Edele
Compagnie' maar voor de opvarenden een per
soonlijk drama. De auteur schenkt aandacht aan
de jacht op VOC-schepen en aan de lotgevallen
van de gevangen genomen bemanning. Vaak
zaten die onder erbarmelijke omstandigheden
opeengehoopt in gevangenkampen, of aan boord
van afgedankte schepen.
W. Klinkert schrijft over het thema: 'Duitsche
aanwinsten