krijgsgevangenen te Amsterdam!!'; hij behandelt de internering van Duitsers in Noord- en Zuid Holland in de Eerste Wereldoorlog. Nederland was neutraal, dat hield in dat vreemde militairen die de grens van een neutraal land overschreden, ontwapend dienden te worden en voor de duur van de oorlog moesten worden geïnterneerd. Internering was een taak die op de schouders van de militaire organisatie rustte, die daarvoor in 1915 een aparte afdeling had opgericht omdat het probleem veel omvangrijker was dan aanvanke lijk werd gedacht. Nederland was en is een groot voorstander van internationale rechtsregels en heeft met veel inzet de plicht van internering vervuld. Op Duitsland en Rusland na vergoedden de oorlogvoerenden de kosten die Nederland had gemaakt. De Geneefse conventies van 1929 bevatten de erfenis van alle interneringservarin gen. Het laatste stuk over het thema is van J. Rot teveel: 'Duitse krijgsgevangenen in de meidagen van 1940'. De auteur gaat in op de gevangenne ming en de afvoer van de tussen 10 en 14 mei gevangen Duitse militairen. Deze mannen hadden het (on)geluk binnen enkele uren of dagen in vij andelijke handen te vallen. In Archeologie in Nederland (2017 nr.4) beschrijft S. Molenaar 'De neanderthaler-vindplaats in 's-Hertogenbosch'. In 2015 werd in 's-Hertogen- bosch een nieuwe parkeergarage geopend. Tijdens het voorbereidende werk werden een slagtand en andere dierlijke resten gevonden, en stukken bewerkte vuursteen. Tot grote verrassing bleek het om een neanderthaler-vindplaats te gaan. Het onderzoek leverde meer dan driehonderd artefac ten van vuursteen en kwartsiet op en 2745 skelet elementen van zoogdieren. Het onderzoek richtte zich op de samenhang tussen de artefacten, de technieken van steenbewerking en de ouderdom van het vondstmateriaal. W. Stellingwerf vertelt over het verband tus sen keramiek en politiek in de Patriottentijd. Veel antieke voorwerpen zijn versierd met portretten van prins Willem V en zijn echtgenote Wilhel- mina van Pruisen. Ook afbeeldingen van een keeshond, het symbool van de patriotten, en de Hollandse Maagd - omgeven met de leus 'Voor Vrijheid en Vaderland' - werden dikwijls aange troffen. Het zijn getuigen van een oproerige poli tieke periode aan het eind van de achttiende eeuw. Naar aanleiding van de Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1775-1783) en de daaraan gerelateerde Vierde Engelse Oorlog (1780-1784) ontstond in het verarmde Nederland een revolutionaire beweging van verlichte bur gers, die zich Patriotten noemden. Tegenover hen stonden de Oranjegezinden, die Willem V als de beschermer van de Republiek zagen. Hun toewij ding aan de eigen zaak of de afkeer van de tegen partij uitten zij door middel van propaganda, die onder andere was te vinden op huishoudelijke objecten. Uit onderzoek blijkt dat vooral het 1 V O ÏJ' Een kop en een theepot van Engelse creamware, respectievelijk met organgistische en patriottistische symboliek versierd. Beide voorwerpen zijn in dezelfde beerput in Oostenburg te Amsterdam gevonden. Uit: Archeologie in Nederland. Jaargang (2017-4). 134 Aanwinsten

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2017 | | pagina 20