De auteurs in dit nummer De Handelingen der Maatschappij voor Geschiede nis Oudheidkunde te Gent (2016) bevat - zoals te verwachten viel - artikelen waarin Gent cen traal staat. J. Vranken schrijft over 'De buren van het Sint-Veerleplein', een studie naar de organisa tie, participatie en interactie van een Gentse gebuurte in de zeventiende en achttiende eeuw. Gebuurten ontstonden uit het initiatief van samenlevende burgers, wat aangeeft dat er een sterke band bestond tussen mensen die op dezelfde plek woonden. Veel initiatieven waren impulsen uit de samenleving zelf en werden niet van hogerhand opgelegd, zoals de organisatie van ruimtelijke ordening en de ordehandhaving. De buurt kon trouwens altijd een beroep op de stad doen, bijvoorbeeld bij het bemiddelen van buurt- conflicten die men niet intern kon oplossen. Het stadsbestuur stuurde dikwijls dezelfde ordonnan ties en aanmaningen meermalen rond, zodat men zich af kan vragen in hoeverre de buurt gehoor zaamde aan het stadsbestuur. Waarschijnlijk was de interactie pas echt geslaagd als de buurt mee werkte en dat was vooral het geval als ze er zelf voordeel uit kon halen. In grote trekken speelden de gebuurten in de 17e en 18e eeuw een belang rijke rol in het stedelijk leven. Bovendien was het leven in de buurt sterk verbonden met macroge beurtenissen in de stad, zoals het inkwartieren van soldaten, het opleggen van religieuze ver plichtingen en het oplossen van armoedeproble men. Het jaarboek sluit af met een artikel van D. Declercq over de bouwgeschiedenis van het Gentse Sint-Elisabethbegijnhof tijdens de 19e eeuw en met een bijdrage van S. Marchand over de muurschilderingen van de Gentse Aula Acade mica (1858-1881). Drs. K-J.R. Kerckhaert (1979) studeerde archeologie en prehistorie aan de Vrije Univer siteit in Amsterdam. Hij studeerde daar in 2004 af op de analyse van een muntcomplex uit Thorn en Ittervoort (Limburg). Hij werkt als archeologisch adviseur bij de Stichting Cultu reel Erfgoed Zeeland voor de gemeenten op de Bevelanden en Tholen vanuit het Oosterschel- deregio Archeologisch Samenwerkingsver band. Hij is conservator munten en penningen van het Zeeuws Genootschap. Dr. J.P. Zwemer (1960) is freelance historicus, schrijver en tekstcorrector. Hij promoveerde in 1992 op de bevindelijk gereformeerden in de 20e eeuw ('In conflict met de cultuur', tekst op de website www.janzwemerschrijft.nl). Hij werkte onder meer mee aan 'Geschiedenis van Zeeland' en 'Middelburg. Gezicht van de stad'. Recent verscheen van hem en dr. J.C. Dekker 'Een kleine geschiedenis van Zeeland voor dummies'. Dr. H.M.C. de Jonge is in 1946 geboren in Oostburg. Hij was tot voor kort als antropoloog verbonden aan de Radboud Universiteit in Nij- megen. Zijn belangrijkste onderzoeksgebied is Indonesië, waar hij een aantal jaren werkte en waarover hij verscheidene boeken en een groot aantal artikelen in verschillende talen publi ceerde. Zijn belangrijkste interessegebieden zijn cultuur en economie; etniciteit en onder nemerschap; en levensstijlen en identiteit. Hij is redacteur van o.a. de bundels In de ban van betekenis. Proeven van symbolische antropolo gie (1994) en Ons Soort Mensen. Levensstijlen in Nederland (1997). H.K. Loeff (1975) studeerde ergotherapie aan de Hogeschool Rotterdam en was daarna enige jaren werkzaam als opticien en contactlensspe cialist. Tegenwoordig houdt zij zich intensief bezig met paleontologie en is bestuurslid van de landelijke Werkgroep Pleistocene Zoogdie ren en van de Werkgroep Geologie van het Zeeuws Genootschap. Zij werkt als gastcon servator in het Stadhuismuseum te Zierikzee en is daar ook lid van de werkgroep educatie. Sinds 2015 is zij conservator van de collectie fossiele en recente landzoogdieren van het Zeeuws Genootschap in het Zeeuws Museum. 136 Aanwinsten

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2017 | | pagina 22