Zeeland 26.4
R.J.H. Lensen MA, De vroegste geschiedenis van
Zaamslag. Stichting Zaamslag 850 jaar, Zaamslag
2016. 389 pp., Ill., foto's, tek., krt. Prijs 30,-
In november 2016 verscheen een heel fraai geïl
lustreerd boek van wel 389 pagina's dik over de
geschiedenis van Zaamslag, Othene en Aendijcke.
Het behandelt de geschiedenis van deze drie dor
pen uit Zeeuws-Vlaanderen, vanaf de prehistorie
tot en met circa 1700, met een uitstapje naar
1898.
De structuur van het boek is als volgt. Het
boek bestaat uit drie delen. Het eerste deel geeft
in drie hoofdstukken een voorbeschouwing van
wat er bekend is van de bewoning tot aan de
twaalfde eeuw. Het tweede deel is het belangrijkst
en met 200 pagina's ook het omvangrijkst. In
negen hoofdstukken behandelt Lensen de Middel
eeuwen tot en met het uitbreken van de Tachtig
jarige Oorlog. Het laatste deel heeft betrekking op
de periode na 1600 maar de auteur behandelt ook
een scala aan onderwerpen waaronder de bouw-
historie in Zaamslag. Aan de drie delen gaan drie
hoofdstukken vooraf waarin de naam en het
wapen van Zaamslag worden behandeld. Na deel
drie volgen nog enkele nuttige bijlagen als een
chronologie, een verklarende straatnamenlijst en
een literatuurlijst.
In deel 1, de voorbeschouwing, geeft Lensen
een overzicht van de bewoningsgeschiedenis van
Zaamslag. Getuige vuurstenen vondsten werd
gedurende de steentijd de regio door jagers en
verzamelaars bezocht; aanwijzingen voor de aan
wezigheid van prehistorische boeren in Zaamslag
en directe omgeving ontbreken of zijn zeldzaam.
Eén enkele scherf aardewerk uit de Romeinse tijd
is de oudste vondst op het grondgebied van
Zaamslag. Lensen verklaart het ontbreken van de
laatprehistorische en vroegmiddeleeuwse bewo
ning door het klimaat dat te ongunstig was voor
bewoning, maar in feite is dat onjuist. Elders in
het kustgebied zijn wel bewoningssporen aange
troffen vanaf het neolithicum tot en met de elfde
eeuw. Veeleer moet het gebrek aan bewonings-
sporen worden geweten aan het landschap dat de
mogelijkheden voor bewoning zal hebben
beperkt. Een geologische kaart van het gebied zou
hebben laten zien dat in die periode het gebied
was bedekt door een laag veen. Klaarblijkelijk
was dit gebied niet goed genoeg ontwaterd om er
permanent te kunnen wonen. Helaas ontbreken in
het boek een geologische kaart van het onder
zoeksgebied en een doorsnede van de holocene
opbouw; deze zouden het inzicht van de land
schappelijke ontwikkeling en de verklaring van
het latere, middeleeuwse bewoningspatroon zeer
ten goede zijn gekomen.
In de Vroege Middeleeuwen veranderde het
gebied van Zaamslag in een slikken- en schorren-
gebied. De bewoning in die periode zal schaars
Boekbesprekingen
147