Aanwinsten ruilverkeer september G.G. Trimpe Burger-Mekkink De Maasgouw, Tijdschrift voor Limburgse geschie denis en archeologie (2018,1) is een themanummer over landschapsgeschiedenis. Landschapsgeschie denis houdt meer in dan alleen geologie, het gaat over de interactie tussen mens en natuur. Het landschap staat momenteel misschien meer dan ooit in de belangstelling: de bouw van windmo lens, de aanleg van weer een nieuwe snelweg of het volbouwen van de kust zijn onderwerpen waar veel mensen over mee willen praten. M. Jacobs schrijft 'Mindscapes: tussen aange boren en aangeleerd'. Mindscape is het landschap zoals dat bestaat in het bewustzijn van het indi vidu, de wijze waarop dit individu het landschaap ervaart. De auteur legt uit hoe zowel aangeboren als aangeleerde eigenschappen mindscape vor men. M. Paulissen laat zien hoe zeer oude geografi sche namen vaak informatie geven over hoe men sen in het verleden het landschap zagen of gebruikten. Toponiemen kunnen informatie bevatten over aspecten als bodemgesteldheid, begroeiing, het verloop van oude wegen of de waardering van een plek. Zo wijst hij op de naam Simpelveld, afgeleid van het Romaanse sempervi- vetum (hulstbos), een verwijzing naar de begroeiing destijds. Landschapsverandering is van alle tijden: de bevolking groeide of kromp, economische structuurveranderingen traden op en landbouwinnovaties vonden plaats. Toponiemen kunnen alle veranderingen over leven, als plaatselijke benaming in gebruik blij ven en zo verwijzen naar verdwenen kenmerken in het landschap. In landschapshistorisch onder zoek is de bewijskracht van toponiemen meestal beperkt. Ze kunnen wel aanzetten tot hypothese vorming of extra bewijs leveren voor observatie uit andere bronnen. Het belang van oude toponie men laat de auteur zien aan de hand van de in Zuid-Limburg en het aangrenzende Drielanden- gebied voorkomende 'kinkenwegen'. Kinkenwegen waren landwegen die dorpen verbonden en tot in de negentiende eeuw gebruikt werden door voer lieden en handelaren die met granen, steenkolen of gereedschappen onderweg waren. Het is niet zeker waar de naam vandaan komt, maar mis schien is 'quincailliers' - handelaren in kleine metaalwaren - een mogelijkheid. Door kaartana- lyse en diverse oude bronnen is het de auteur gelukt ruim 200 km mogelijke kinkenroutes te reconstrueren. In Heemschut voor het behoud van erfgoed (2018,2) houdt N.W. Conijn, conservator van kasteel Mid- dachten, een warm pleidooi voor behoud van het 'hippomobiel erfgoed', de rijtuigen. Bij kasteel Mid- dachten zijn meer dan twaalf rijtuigen in goede staat bewaard gebleven Tot in de zeventiende eeuw verplaatste men zich vooral te paard. Op een af beelding uit 1648 is pas een herkenbaar rijtuig te zien, het voertuig dat daarna een flinke ontwikke ling doormaakte, zeker de veringen werden steeds geavanceerder. Tot na de Eerste Wereldoorlog zijn rijtuigen in gebruik gebleven, daarna nam langza merhand de auto de vervoerstaak over. De tanende belangstelling geeft zorgen. Gelukkig is de stich ting Hippomobiel Erfgoed opgericht en conservator Conijn hoopt dat de karren en koetsen die op veel plaatsen staan te verkommeren op de prioriteiten lijst van overheid en liefhebbers komen te staan. Holland, historisch tijdschrift (2018,2) is gewijd aan de lokale aspecten van Holland in Amerika en van Amerika in Holland. Ruim 400 jaar geleden vertrok het eerste schip vanuit de haven van Am sterdam naar het Amerikaanse gebied dat later de Nederlandse kolonie Nieuw-Nederland zou zijn, tot de Engelse overname in 1664. Over de Ameri kaans-Nederlandse geschiedenis in het algemeen hebben wij een redelijk beeld, maar we weten wei nig over de regionale aspecten van de wederzijdse betrekkingen en de lokale impact van migratie naar en uit de Verenigde Staten. Dit nummer opent met een interview met Amerika-expert Hans Krabben dam. Hij vertelt dat er drie periodes van Nederland se emigratie zijn te onderscheiden: de zeventiende eeuw, de periode van 1845 tot ongeveer 1920 en de naoorlogse emigratie tussen 1948 en 1962. In de eerste periode was de regionale afkomst van de migranten van secundair belang, de Hollandse 102 Aanwinsten

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2018 | | pagina 22