mm mm I» Ijlg li ip 1 1 1 fel 1 li lil mm i« èlll! m ÉP^l WM0 'x 'p. lil!! ss: Wk mm k lil iiii!® ÉSllll tills II aerts (ca 1628-1679) nog vast aan de rol van de lever als centraal orgaan. Hij was collega en vriend van zowel van Cornelis vande Voorde (ca. 1630-1678) als van Antonius de Heide.7 Welk argument had Everaerts om tegen een volledige onttroning van de lever als centraal orgaan te zijn? Hij had in 1663 een embryo gevonden zon der hart, maar mét een lever. De titel van zijn publicatie was veelzeggend: Lux e tenebris affulsa, ex viscerum monstrosi partus enucleati- one: Het licht opflitsend uit de duisternis door onderzoek naar de ingewanden van een kind geboren zonder hoofd en borstkas. Twee verdie pingen van het gebouw der fysiologie vóór Har vey ontbraken: hoofd en borstkas, of te wel her senen en linker harthelft. En toch was er groei, dankzij de lever. Want het foetus was zonder hart of hoofd. Vooral het ontbreken van het hart levert een grote moeilijkheid op, aldus Everaerts, want dat is uiterst noodzakelijk voor het leven van ieder dier. In dit geval 'heeft de schrandere natuur de lever aan beide zijden voorzien van twee holtes en in iedere holte op zich twee vaten, een arterie en een ader, fungerende als boezems en kamers van het hart.'8 De publicatie van Everaerts toont aan hoezeer in Middelburg de discussie rond Harveys theorie leefde. En te bediscussiëren en te ontdekken bleef er nog genoeg. Op de kaart van de bloedbewe- gingstheorie van Eiarvey waren nog genoeg witte vlekken, in figuur 2 aangeduid met vraagtekens. Wat gebeurde er met de spiritus in het bloed en in de zenuwen? Wat gebeurde er precies in de lon gen? Er ontstond een geheel nieuw onderzoeks programma bijvoorbeeld in Oxford, maar ook in Leiden. Ook in de Republiek was namelijk de the orie van Eiarvey al zeer vroeg geaccepteerd.9 Met de spiritus animalis en de werking van de zenuwen hield zich onder anderen Thomas Willis (1621-1675) in Oxford bezig. Hij deed ook onder zoek naar een soort van opvolger van de spiritus vitalis, de fermentatie of gisting.10 In 1659 publi ceerde hij daarover in zijn Diatribae duae." Anto nius de Heide vertaalde en becommentarieerde dit als T. Willis, Nieuwe en geneeskundige verhande ling vande fermentatie ofte rysing}1 Met betrek king tot het nut van Willis' theorie voor de chi rurgijn schrijft De Heide in zijn 'Oversetter tot den leser' dat de scheikunde de basis is voor de kennis van het menselijk lichaam. Wat anders dan de scheikunde, zo schrijft De Heide, doet ons de juiste samenstelling van het bloed, van de lymfe, van de stof 'die door Hersenen en Zenuwen vloeit' (spiritus animalis) kennen? En dan zwijgt hij nog maar van alle speciale vloeistoffen in het lichaam: 'Wie sal ons recht seggen hoe de Spijs in de Maag gekookt werd, de Gijl [chyl, met vet ver zadigde lymfe in het buikvlies] onder het Bloed raakt en tot Bloed gemaakt werd, de zielige Gees ten [spiritus animalis] in de Hersenen bereid wer den?' Kortom, door middel van de scheikunde kan de chirurgijn meer begrijpen van het mense lijk lichaam. Bovendien was er ook een witte vlek ontstaan voor wat betreft de overgang van slagader naar ader in de weefsels. Die overgang moest er wel zijn, want Harvey had berekend dat lever (aders) en linker harthelft (slagaders) nooit voldoende bloed ter aanvulling van het in het weefsel ver bruikte aderlijke en slagaderlijke bloed konden produceren. Het bloed moest dus wel meerdere keren gebruikt en dus rondgepompt worden. Om de cirkel te sluiten moest er dus naast de passage van rechter harthelft naar linker harthelft via longslagader - long - longader ook nog een peri fere overgang van slagader naar ader plaatsvin den. lïm&i A .■'•A - A: Indirect "Lossighhevt vatfl vleesch" 4 B: Indirect: Leeuwenhoek 7 sept 1688 tilx:-. F.;. .j. f F CIndirect door tussentakken y. D: Direct door anastomosen 3 Vier mogelijke perifere overgangen. Eldering 1980 Hoe vond deze plaats? Via de aloude anasto mosen die dan permanent waren? Of zomaar via de 'lossigheid des vleses'? Zie figuur 3. Harvey 136 Zeeuws bloed kruipt

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2018 | | pagina 12