IJs als brug en ijs als barrière. Hoe Zeeland capituleerde in 1795 Leijn Melse Nadat de Franse revolutionairen getriomfeerd had den over het ancien régime raakte Frankrijk in 1792 in oorlog met Oostenrijk en Pruisen, die steun verleenden aan revanche zoekende Franse royalisten. Dat was het begin van de eerste van een reeks coalitieoorlogen tussen enerzijds Frank rijk en anderzijds omringende landen die zich bij de Oostenrijks-Pruisische alliantie aansloten, waaron der, nadat Frankrijk begin 1793 de oorlog had ver klaard, de Republiek der Verenigde Nederlanden. Na aanvankelijke successen voor de coalitie keer den de kansen en veroverden de Fransen onder aanvoering van generaal Dumouriez de Zuidelijke Nederlanden, die Oostenrijk toebehoorden. Na de oorlogsverklaring aan de Republiek vielen de Fransen Staats-Brabant binnen en veroverden o.a. de vestingsteden Breda, Bergen op Zoom en Geertruidenberg. Maar ook het succes van Dumouriez bleek van tijdelijke aard: pogingen om Willemstad en Maastricht in te nemen faalden en na de door hem verloren slag bij Neerwinden zag Dumouriez zich gedwongen om Brabant en de Zuidelijke Nederlanden te ontruimen. Ondertussen voltrokken zich in Frankrijk allerlei veranderingen. Vooral de invoering van de levée en masse, militaire dienstplicht, is in dit verband van belang. Om aan binnenlandse opstanden en aanvallen van buitenlandse mogendheden het hoofd te kunnen bieden, waren meer soldaten nodig. Men hield de bevolking voor dat tegenover haar nieuw verkregen rechten en kansen na het opruimen van de oude machts structuren ook verplichtingen stonden, zoals de plicht om het nieuwe staatsbestel te verdedigen tegen binnen- en buitenlandse vijanden én de opdracht om de democratische revolutie over de landsgrenzen voort te zetten. Dit appel ontmoette steun en het op de been gebrachte volksleger, dat geleid werd door officieren die hun rang niet te danken hadden aan hun (adellijke) afkomst maar aan hun capaciteiten, ontpopte zich als een goed gemotiveerde, aanvalsgerichte strijdmacht. Het verloop van de strijd nam dientengevolge weer een wending, het revolutionair elan stuwde de vergrote en gerevitaliseerde legers voort en dit maal was er geen houden meer aan. Het noorde lijke leger, nu aangevoerd door generaal Pichegru, liep de Oostenrijkse Nederlanden wederom onder de voet en ook de grenzen van de Nederlandse generaliteitslanden, gebieden onder het bestuur van de Staten-Generaal zoals Staats- Brabant, Staats-Vlaanderen en delen van het hui dige Limburg, werden overschreden. Met het Franse leger trokken ook enkele duizenden Nederlanders op, de zogeheten patriotten of Bata ven. Zij waren opponenten van het stadhouderlijk bewind en van het staatsbestel in de Republiek in het algemeen. Na hun mislukte greep naar de macht in 1787 waren velen van hen uitgeweken naar het buitenland, vooral naar Frankrijk. Bin nen de Nederlanden verbleven echter nog vele medestanders en gematigder sympathisanten. De revolutionaire Fransen, die er evenals de patriot ten totaal verschillende staatkundige opvattingen op nahielden dan de zittende bestuurders (regen ten) in de Republiek, afficheerden zich daarom als bevrijders en als zodanig werden de Fransen ook onthaald door een aanzienlijk deel van de diep verdeelde bevolking. Geen wonder dat door de Republiek snel terrein verloren werd. Ditmaal kwam de vesting Maastricht wel ten val, alsmede de rest van het huidige Limburg, grote delen van Brabant, waaronder Den Bosch, en het huidige Zeeuws-Vlaanderen. Dat was de situatie medio december 1794, maar de grote rivieren en de Westerschelde en het daartussen gelegen West Brabant met vestingplaatsen als Bergen op Zoom, Steenbergen, Klunder t en Willemstad met daar tussen geïnundeerd land vormden een serieuze barrière, verdedigd door troepen in dienst van de Republiek en van bondgenoten, alsmede door eenheden van de vloot. Zeeland Voor de verdediging van de Zeeuwse eilanden waren ca. 2500 militairen beschikbaar, alsmede het korps van landzaten, een militie uit de plaat selijke bevolking die opgeroepen kon worden om 148 Zeeland 1 795: ijs en capitulati

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2018 | | pagina 24