westkust van Walcheren lijkt, als gevolg van ver-
struweling, de hele populatie te zijn verdwenen.
Ook landelijk gezien komt de kleine parel
moervlinder voornamelijk voor in de duinen,
waar hij het moeilijk heeft. De uitbreiding van de
soort naar het binnenland compenseert het ver
lies in de duinen niet, waardoor de landelijke
trend 1990-2017 negatief is.
Schrale gebieden zijn gunstig voor de kleine
parelmoervlinder. Waar de duinen vol duinriet
door begrazing steeds opener werden, bijvoor
beeld in de Kop van Schouwen, ontstond een gro
tere biodiversiteit. Open duinen, waar duinviool
tjes bloeien, de waardplant van de rupsen, zijn
immers cruciaal voor de kleine parelmoervlinder.
Opmerkelijk is dat de geschikte open plekken
in het duin niet altijd het gevolg hoeven te zijn
van hierop gericht beheer; ook verstoring door
menselijke betreding zorgt voor opengetrapt zand
met veel viooltjes, zoals aan de rand van de Zee-
peduinen in Haamstede. In duinen waar open
stukken (en dus ook de duinviooltjes) nagenoeg
verdwenen zijn, zoals door de vorming van een
dicht duindoornstruweel bij Valkenisse, ooit de
beste vliegplaats in Zeeland, zie je sinds een aan
tal jaren nog slechts een enkele tot geen parel
moervlinders meer.
Heivlinder
De vrij grote heivlinder is, mits je hem tijdig te
zien krijgt, redelijk goed te determineren. Hij zit
altijd met de vleugels dichtgeklapt en zolang de
bovenvleugel nog zichtbaar is, is de vuilgele vlek
met een zwart 'oog' in de punt van de vleugel een
goed kenmerk. Schuift hij de bovenvleugels onder
de ondervleugels (anders dan bij de argusvlinder
geheel zonder 'ogen'), dan resteert slechts de per
fecte schutkleur.
Heivlinder, zit altijd met dichtgeklapte vleugels
De situatie van de heivlinder is vergelijkbaar
met die van de kleine parelmoervlinder. De hei
vlinder is minder kwetsbaar dan de kleine parel
moervlinder, omdat voor de heivlinder meerdere
soorten waardplanten ter beschikking staan. In
Zeeland komt de heivlinder voor in het hele duin
gebied (zowel in de zeereep als in de oudere bin-
nenduinen) ten noorden van Westerschelde. Het
voorkomen van de heivlinder bleef in de project
periode stabiel; de gevoeligheid voor weersom
standigheden is echter groot.
De landelijke trend voor de heivlinder is nega
tief. 2017 was een dramatisch jaar, waarin de
populatiegrootte nog slechts 10% bedroeg van die
van in het begin van de jaren negentig van de
vorige eeuw.
De heivlinder gedijt in open zandige duinen,
doorgaans duinen met veel dynamiek, waar de
wind vrij spel heeft en het zand verstuift. Er lig
gen veel parallellen met de kleine parelmoervlin
der, zodat beide duinvlindersoorten van een
Kleine parelmoervlinder, bovenzijde
Kleine parelmoervlinder, met parelmoer vlekken op de
achtervleugels
130
De Zeeuwse Zes
