Vrede van Breda
Paul Aarssen
In 1667 werd in Breda de vrede gesloten tussen de
Republiek der Verenigde Nederlanden en Engeland.
Het Zeeuws Genootschap bezit een gedrukte
afkondiging van deze vrede, ondertekend en van
hun zegel voorzien door de onderhandelaars.
Oorlog
Van 1665 tot 1667 was de Republiek in oorlog met
Engeland. De oorzaak van de onenigheid zat hem
vooral in de grote handelsbelangen. Beide landen
hadden belangrijke posities met hun kolonies in
de West en in Oost-Indië.
Er waren al herhaaldelijk besprekingen
geweest om tot een akkoord te komen maar dat
leverde niets op. Mede om het proces te versnel
len werd besloten om Engeland een gevoelige
tik te geven. Admiraal de Ruyter voer met een
vloot de Theems op en verraste de Engelse vloot
bij Chatham. Of hij daar ook echt die beroemde
ketting heeft doorgevaren wordt door historici
betwijfeld, maar de expeditie heeft wel geholpen.
maar Johan de Wit had zo zijn politieke redenen
om dat niet te doen. Ze kozen toen voor Breda
omdat Karel II daar op de vlucht voor Olivier
Cromwell in 1660 enige weken gelogeerd had bij
zijn zuster Maria Stuart.
Naast de Engelse en Nederlandse afgevaar
digden waren er ook gezanten uit Denemarken en
Frankrijk, landen die Nederland gesteund hadden
in de oorlog. Vanuit Zweden was een neutrale
bemiddelaar aanwezig. Al deze personen met hun
grote gevolg werden in de stad veelal bij particu
lieren ondergebracht en zorgden voor veel vertier.
De ondertekening van het verdrag op 24 augustus
1667 werd feestelijk gevierd met een maaltijd op
het stadhuis en een groot vuurwerk. Op ver
scheidene plaatsen in de stad stonden fonteinen
waaruit geen water maar wijn spoot.
Romeyn de Hooghe, De afgevaardigden in vergadering.
Rijksmuseum Amsterdam.
De vredesonderhandelingen vonden in Breda
plaats van mei tot en met augustus 1667. De En
gelsen wilden het liefst vergaderen in Den Haag
Romeyn de Hooghe: Wijnspuitende olifant als fontein bij het
huis van de Deense afgevaardigde. Rijksmuseum Amsterdam.
In het verdrag werd afgesproken dat de Re
publiek de kolonie Suriname (kort voor de vrede
door de Zeeuws Abraham Crijnssen veroverd)
mocht houden. De Bovenwindse Eilanden bleven
jVynttn- f-atiMunu i>u'®rt£a rtrfchlriiVn <u<t'v
ijngdani» g-rancfieitf"iViu inarch ntf ter.
't Is vol van schatten hier
67