Zeeland 28.4
de kerk zullen van hout zijn geweest en (hoege
naamd) zonder fundament. Deze gebouwen zullen
zijn vergaan of vervangen. Een zeldzame vroege
vondst is die van de (twee) boomstamgraven,
die in 1979 bij archeologisch onderzoek door het
R.O.B. onder het Kerkplein zijn gevonden, en die
toen zijn gedateerd als uit de 10e eeuw (R.O.B.,
1979).
Boomstamgraven gevonden onder het Kerkplein te Zierikzee
in 1976 bij archeologisch onderzoek door de Rijksdienst voor
het Oudheidkundig Bodemonderzoek. Bron: Halbertsma, H.
in: Kroniek van het Land van de Zeemeermin, 1984, blz. 39-54.
Een bijzondere vondst, die overigens ook weer
wonderlijk genoeg vrijwel vergeten werd en
waarvan ook nauwelijks iets vastgelegd lijkt en
slechts één foto in een artikel is gepubliceerd.
Verder zouden er, ondanks zelfs gerichte zoek
tochten, geen nagebleven sporen zijn gevonden
van voor de 11e eeuw. Er zijn wel enkele resten
gevonden van moerneringsputten (voor turf- of
zoutwinning), die eventueel ook zo oud kunnen
zijn.
Hier wordt dus niet ingegaan op de andere
plaatsen, die in de oorkonde genoemd worden,
en op wat deze daarover eventueel aan nieuws
brengt. Ook over dezen is echter weinig uit die
tijd bekend en ze lijken bovendien in de oorkonde
allemaal met minder details genoemd.
Bij de vertaling
Voor de vertaling is gebruik gemaakt van de
transcriptie van het origineel uit de archieven
van de Sint-Baafsabdij, zoals bezorgd door
Koch. Het bestuderen van de scan van de oor
konde, gemaakt voor dit project, geeft geen
twijfel over de technische leesbaarheid en die
lijkt er bij Koch ook niet geweest te zijn. (A.C.F.
Koch J.G. Kruisheer, 1974). De vertaling is
gemaakt door Kees 't Hart, classicus, ikzelf
heb meegewerkt om de letterlijke vertaling
om te zetten in goed Nederlands, Annemarie
't Hart, neerlandica, met specialisatie middel
eeuwse teksten en bijvak Latijn, heeft bij het
maken van de vertaling ondersteund, Peter
Henderikx, emeritus hoogleraar Middeleeuwse
nederzettingsgeschiedenis heeft vooraf de in de
oorkonde genoemde plaatsnamen toegelicht.
Het doel was een vertaling in 'passend' Neder
lands, niet in 'modern' Nederlands. Een oorkonde
heeft meestal een archaïsch ogende stijl, bijvoor
beeld bij de aanhef, een stijl die echter ook nu
nog in ons wetboek te vinden is. De oorkonde is
een overeenkomst of beschikking en bepaalt for
meel een recht. De formulering zal ook daarvoor
weer zo dekkend mogelijk moeten zijn. Bij de
opsomming van wat derden allemaal niet mogen
met betrekking tot de besproken domeinen van de
Sint-Baafsabdij, lijkt een gebruikelijke specifica
tie gehanteerd te zijn. Ook nu bevatten contracten
en wetten vaak gestandaardiseerde formuleringen
voor de details. Een vrij letterlijke vertaling leek
ons voor deze aspecten de beste keus. Overigens
bleef er daarbij soms enige twijfel bij bepaalde
juridisch relevante woorden. De tekst bevat ver
der tussendoor het nodige eerbetoon. Eénmaal is,
als leeshulp, een lange tussenzin tussen haakjes
gezet.
Wat betreft de in de oorkonde genoemde
Zeeuwse bezittingen zijn alle plaats- en gebieds-
namen, omdat het namen zijn, blijven staan
zoals ze in de oorkonde genoemd worden; waar
bekend zijn de huidige namen er tussen haakjes
achter vermeld. Nadere bepaling van de taal, de
vertaling en etymologische duiding van zulke
namen kan interessant zijn, niet alleen vanwege
de betekenis van de naam, maar ook omdat het
wat kan zeggen over wie de naam bepaalde. Dat
valt echter buiten de gewone, hier gepresenteerde
vertaling en is hier alleen gedaan voor Zierikzee.
Wat betreft de toenmalige naam van Zierikzee
komt daarbij, naar aanleiding van de vertaling,
een heel vernieuwende versie naar voren. Mijn
opvatting is dat het logisch lijkt om 'Creka-en-
Papingalant' expliciet als vervlochten te be
schouwen en dat Zierikzee dus niet alleen 'Creka'
heette, zoals altijd wordt gesteld. Er staat immers
Vertaling oorkonde uit 976 123