A/EERE
compleet onnatuurlijk was geworden. Van den
Bosch stelt dat het omgekeerde geldt: de schrijf
taal moet van de beschaafde spreektaal afgeleid
worden. Voor Van den Bosch was moedertaal de
taal die ieder van zijn moeder leert, en daar is
regionale variatie in die ook in de beschaafde
spreektaal erkend moet worden. Er bestaan voor
Van den Bosch verschillende realisaties van
Beschaafd-Nederlands of'Algemeen Beschaafd'
zoals Zeeuwsch-Beschaafd en Overijssels-Beschaafd
(Zwemerp. 142). Dialectvormen 'moesten niet
als fout geclassificeerd worden, maar men de
leerlingen] moest ervan weten dat ze niet in de
schrijftaal thuishoorden' (Zwemerp. 122).
Zwemer wijdt een apart hoofdstuk aan de
spellingvereenvoudiging. Eind 19de eeuw was
er, met name in onderwijskringen, nogal wat
te doen over de moeilijkheden met de spelling
van De Vries en Te Winkel uit 1863, die in het
Nederlandse onderwijs sinds 1870 aanvaard
werd, en in 1883 officieel was geworden. Begin
jaren 1890 was spellingvereenvoudiging aan de
orde van de dag, met name ook door de voor
stellen tot vereenvoudiging van R.A. Kollewijn
uit 1891, waarvan het basisprincipe was: spel
zoals je spreekt. Zwemer karakteriseert Van den
Bosch als een 'conservatieve vernieuwer' (p. 46).
Die beide aspecten zien we bij de spellingkwes
tie. In eerste instantie twijfelde Van den Bosch
'over het nut van de door Kollewijn geïnitieerde
beweging, die hij minder relevant vond dan zijn
meer fundamentele eigen streven naar een ander
taalonderwijs en een ander denken over taal'
(Zwemer p. 71). Van den Bosch' bezwaar tegen
Kollewijn was dat die zijn spelling wilde ontlenen
aan het heersende spraakgebruik bij het volk, bij
de straat. Zou dat principe eindigen bij demo
cratie, regering door het volk (Zwemer p. 73). In
1892 preciseerde Van den Bosch dat zijn bezwa
ren voortkwamen uit zijn 'taalbegrippen' en zijn
weerzin tegen sansculottisme, het gedachtegoed
van de Franse Revolutie. 'Mijn antipathie zit
in mijn persoon. Ik ben een aristocraat. Ik heb
idealen van menschengeluk en rechtvaardigheid
en deze hangen samen met socialistische denk
beelden. Maar ik ben en blijf een aristocraat. In
jullie spellingszaak zit niets van menschheidsge-
luk' (Zwemer p. 75). De vereenvoudiging van de
buiging (bv. de man i.p.v. den mantrok hem meer
aan. Toch hebben zijn bezwaren er hem niet van
weerhouden later achter de spellinghervorming te
gaan staan en ze publiek te verdedigen.
Bij wijze van afsluiting neem ik hier een
samenvatting van Van den Bosch' principes voor
taalonderwijs over zoals die volgens Zwemer (p.
195) ook in een krantenverslag van zijn lezing in
Middelburg in 1895 stond.
'Alle grieven tegen het Oude Taalonderwijs zijn
samen te vaten aldus:
In dit onderwijs is de Taal: teeken, pennetaal,
krijtkrabbel.
In dit Onderwijs is de Taal iets buiten den
Mensch.
In dit Onderwijs zijn Taal en Gedachte twee.
In dit Onderwijs is de Taal een product van de
School.
Het Nieuwe Onderwijs is begrepen in deze
beginselen:
Taal is Klank - wat niet Klank is, is gèèn Taal.
De Taal is iets in den Mensch.
De Taal en de Gedachte zijn Eén - Individu
voor Individu zijn
Iemands Taal en iemands Gedachte
één-en-hetzelfde.
De Taal is een product van het Leven - bij ieder
van zijn eigen leven.'6
Frans Daems
Prof. dr. Frans Daems, em. UAntwerpen Nederlandse
taalkunde en taaldidactiek (fransdaems@telenet.be of
frans.daems@uantwerpen.be)
Noten
1 De onderzoekers waren: Frans Daems (UAntwerpen),
Wolfgang Herrlitz (UUtrecht), Sjaak Kroon (Tilburg
University), Jan Sturm (RU Nijmegen).
2 VNC staat voor Vlaams-Nederlands Comité voor Neder
landse taal en cultuur, een samenwerking tussen NWO
72
Boekbesprekingen
daar moest je geweest zijn
losit Sikker
en FWO, bedoeld om gezamenlijke onderzoeksprojecten
te financieren.
3 Wellicht is De Vos met Van den Bosch in persoonlijk
contact gekomen bij het werken aan zijn doctorale
dissertatie van 1934.
4 De DBNL is de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse
Letteren: https://www.dbnl.org/.
5 Het Pleidooi kan gedownload worden op https://archive.
org/details/pleidooivoordem00boscgoog/page/n4/mo-
de/2up, zij het dat de laatste twee pagina's ontbreken.
Het kan ook voor een kleine som aangekocht worden via
Google Books: https://books.googie.be/books/about/
Pleidooi voor_de_moedertaal_de_jeugd_en.htm-
I ?id »2RBWAAAAcAAJ Ft redir_esc=y.
6. Het citaat stond in Van den Bosch' artikel uit 1895,
p. 210.
Bronnen
- Bosch, J.H. van den, Pleidooi voor de Moedertaal, de
Jeugd en de Onderwijzers. Groningen: P. Noordhoff, 1893
- Kroon, S. en J. Sturm, «Wij gaan volksaardig d.i. natio
naal worden»: een voorstudie naar moedertaalonderwijs
en nationaal bewustzijn. Deel 1. In: Spiegel 12(1), 53-75,
1994a
- Kroon, S. en J. Sturm, «Wij gaan volksaardig d.i. natio
naal worden»: een voorstudie naar moedertaalonderwijs
en nationaal bewustzijn. Deel 2. In: Spiegel 12(2), 31-57,
1994b
- Vos, H. J., Moedertaalonderwijs in de Nederlanden. Een
historisch-kritisch Overzicht van de Methoden bij de
Studie van de Moedertaal in het Middelbaar Onder
wijs sedert het begin van de 19e eeuw. Turnhout: Van
Mierlo-Proost, 1939, (boekuitgave van Vos' doet. diss.
Rijksuniversiteit Gent, 1934)
- Vos, H.J., In memoriamJ.H. van den Bosch. Verhoudingen
en geestelijke ontmoetingen in 't leven van Jan Hendrik
van den Bosch 1862-1941. Brussel: Manteau, 1942
Joost Bakker, Veere daar moest je geweest zijn.
Boer, Den De Ruiter, Vlissingen, 2019.
336 pagina's. ISBN 9789079875863, prijs 39.
Joost Bakker zal voor de meeste lezers van dit
tijdschrift geen onbekende zijn. Oorspronkelijk
zeeloods, verzamelde Bakker vanaf de jaren
zeventig Zeeuwse schilderkunst, vooral van de
eerste helft van de 20e eeuw. Met het openen van
een galerie in Middelburg, 'De Vier Gemeten',
stapte hij in 1996 over naar de kunsthandel. Hij
zette tentoonstellingen op en publiceerde over
de Zeeuwse beeldende kunst. Sinds 2001 is hij
regelmatig gastconservator in het museum 'De
Schotse Huizen' in Veere.
Bakker is al meer dan twintig jaar bezig met
schilders die werkten in en om Veere, een van
de 19e- en 20e-eeuwse kunstenaarskolonies in
Nederland. Zijn eerste Veerse expositie was een
tentoonstelling in zijn eigen galerie van werk van
vrouwelijke schilders in Veere, de 'Veerse Joffers'.
In 1999 exposeerde hij werk van mannelijke
schilders uit Veere, de 'Veeristen' - een benaming
die hij zelf introduceerde - en van 'passanten'.
Bakker verzorgde daar ook publicaties bij. Daarop
volgden meer exposities en publicaties over Veer
se kunstschilders.
Rondom de vroegere kunstenaarskolonies is
de laatste decennia in en buiten Nederland veel
gaande. Sinds 1994 wordt door EuroArt, de Euro
pean Federation of Artists' Colonies, gewerkt aan
een internationaal netwerk van Europese kun
stenaarskolonies; ook enkele Nederlandse dorpen
Boekbesprekingen
73