bijvoorbeeld in 1596 in Nederweert veel slachtof
fers maakte, vaak met de dood tot gevolg Zeker
in plattelandsgemeenten waar zich pas vanaf
midden achttiende eeuw opgeleide artsen vestig
den, waren bidden en afstand houden eigenlijk de
enige maatregelen waarover men beschikte.
Iets later was het op veel plaatsen raak met de
'Haastige Ziekte', zoals de pest genoemd werd, en
die haar naam dankte aan de snelle verspreiding.
In de zomer van 1622 woedde een pestepidemie
in de streek tussen Helmond en Eindhoven. In die
periode waren in Weert veel militairen gelegerd.
Burgers weigerden soldaten in huis te nemen uit
angst voor besmetting, wat veel zorgen voor het
stadsbestuur meebracht. Getroffen middenstan
ders en ook de horeca kregen financiële hulp van
de overheid, zo kreeg de bierbrouwer schadever
goeding omdat het laatste 'gebrouw' onverkoop
baar was geworden.
Pas in de tweede helft van de achttiende eeuw
werd het besef van hygiëne en preventie algemeen
bekend, zo bleek in 1779 toen dysenterie weer
opdook in veel plaatsen in het huidige Limburg.
De ziekte werd geweten aan het eten van kool en
noten, en direct kwam een verbod op de invoer
hiervan. Ook kwam er een soort 'intelligente lock-
down': verkeer met omliggende gemeenten werd
verboden en reizen mocht alleen met toestemming
van het gemeentebestuur. Zieken mochten hun
huis niet uit, zelfs de kerkgang werd verboden en
ook op het doen van je behoefte aan de kant van
de weg kwam een flinke boete te staan.
Ondanks voortschrijdend inzicht in de medi
sche verzorging en persoonlijke hygiëne was het
in 1865/1866 weer raak: er heerste in heel Neder
land een cholera-epidemie. Alleen al in Am
sterdam waren 21.000 slachtoffers die 'de klere
kregen' door het vuile drinkwater uit de grachten.
Aan die verbastering van het woord danken we
het scheldwoord 'klerelijer'.
In 1918 heerste de Spaanse griep, die ondanks
de naam startte in Amerika. Ook die greep in
Limburg flink om zich heen, ondanks het advies
van de pastoor 'tegen de kwaaie dampen een
flinke borrel te nemen'.
Veel van de maatregelen die in de loop der
tijd genomen werden tijdens heersende epidemie-
en zijn duidelijk voorlopers van de nu geldende
adviezen in de strijd tegen covid-19.
Appeltjes van het Meetjesland (2019) is het
jaarboek van het Historisch Genootschap van
het Meetjesland. K. de Koster schrijft hierin:
'Van moord tot mort subite. Medische expertise
en verdachte overlijdens in het achttiende-
eeuwse Meetjesland'. De auteur wil aan de
hand van een selectie van vroegmoderne
lijkschouwingsrapporten uit Eeklo en andere
Meetjeslandse parochies een beeld schetsen
van het forensisch onderzoek naar verdachte
sterfgevallen in de achttiende eeuw. Daarnaast
wordt ook stilgestaan bij accidentele en
plotselinge sterfgevallen.
Doorgaans beperkten de vroegste Vlaamse
lijkschouwingsrapporten zich tot een summiere
beschrijving van de op het lichaam aangetroffen
verwondingen. In de zeventiende eeuw werden de
rapporten geleidelijk uitvoeriger: de experts gin
gen vaker lichamen openen en verklaarden waar
om de verwondingen dodelijk waren geweest. De
wetenschappelijke vooruitgang zette zich voort in
de achttiende eeuw, wat de auteur met veel voor
beelden uit het archief van de Raad van Vlaande
ren laat zien. Daarnaast werden de lijkschouwers
steeds meer geconfronteerd met zelfdodingen.
In het vroegmoderne strafrecht gold zelfmoord
Anonieme meester, 'De anatomische les', details, 1679,
Musea Brugge.
108
Aanwinsten