Zeeland 30.2
Dijkenonderzoek Zeeland
Een dijk is niet zomaar een hoop grond!
S.J.J. (Bas) Chamuleau
Aantasting van belangrijk cultureel erfgoed
moet voorkomen worden. Dijkenonderzoek is
echter nog maar kort onderdeel van structureel
archeologisch onderzoek in Zeeland. In 2006
heeft het provinciebestuur een beschermingsplan
voor alle Zeeuwse binnendijken opgesteld. Ter
onderbouwing hiervan moesten de dijken in
kaart worden gebracht door veld- en historisch
onderzoek, omdat het beoordelen en beschermen
van binnendijken binnen het provinciaal en
gemeentelijk beleid anders niet mogelijk was.
Dijken van Zeeland
We onderscheiden hierin de waterkerende dijken
en de binnendijken met of zonder secundaire
waterkerende functie (inclusief stads- en vesting
wallen). Onder de binnendijken worden ook de
geslechte (verdwenen) dijken gerekend. Dat zijn
de dijktracé's in het landschap waar nauwelijks
tot niets meer van een dijklichaam is waar te
nemen. Veelal bevindt de dijkzool (onderkant)
zich nog in de bodem. Door ontgraving kan deze
worden teruggevonden.
Het belang van dijkenonderzoek betreft niet
alleen het behoud van het cultureel erfgoed.
De verkregen informatie kan worden gebruikt
voor toekomstige plannen waarin de dijk een
rol speelt. Ook aan het voortdurende ophogen
en versterken van de zeewering komt een keer
een einde. Er zal meer naar de natuur moeten
worden gekeken om samen hiermee tot robuuste
en veilige oplossingen te komen.1 De geschiedenis
kan hieraan bijdragen.
Voor dijkenonderzoek kunnen we ons niet
beperken tot de fysieke dijkprofielen en hun
historische beschrijving. Dijkenonderzoek heeft
een veel bredere basis nodig om de aanleg en
de aanpassingen hiervan te begrijpen en te
herkennen. In de onderzoeken moeten we ons
rekenschap geven van de vorming van de bodem
(het verlandingsproces). Op iedere locatie van
Zeeland verliep dit proces anders. Daarnaast was
Afb. 1. Archeologisch onderzoek Molendijk Oud-Vossemeer
2018. Foto: B. Chamuleau 2018.
het gebruik en bewoning van grote invloed op
de bedijking. De locatie van de dijk ten opzichte
van het water op het moment van dijkaanleg is
van cruciaal belang voor de interpretatie van de
dijkopbouw en dijkontwikkeling.
De Dijkenkaart van Zeeland
Het werd al eerder als een gemis ervaren dat er
geen overzicht beschikbaar was van alle Zeeuwse
dijken. In 2016 werd door de RCE (Rijksdienst
voor Cultureel Erfgoed) een landelijk project
gelanceerd om alle Nederlandse dijken in kaart
te brengen met de daarbij horende historische
informatie. Dit was de aanleiding om ook voor
Zeeland een digitale dijkenkaart op te zetten.
Provincie Zeeland droeg de inventarisatie
op aan de Stichting Erfgoed Zeeland en de
afdeling Zeeland van de AWN (Vereniging van
Vrijwilligers in de Archeologie).
Er is voor de Dijkenkaart van Zeeland
ca. 3382 km dijklengte geïnventariseerd en
beschreven. Deze bestaat uit 4522 unieke dijk-
stukken. Daarvan zijn 894 stuks geslechte dijken.
De oudste opgenomen dijk is uit de Romeinse tijd
(Serooskerke); de jongste dijk ligt in de Perkpolder
(2015).
Dijkenonderzoek Zeeland
45