Zeeland 30.2 verlandingsgrafiek Wemeldinge 6,00 5,00 —k springvloed X EHW lx/2 j X - EHW lx/10j •- EHW lx/100j 4,00 3,00 m W s se 'o 2,00 1,00 1 max schorhoogte 0,00 kreekrug -1,00 -2,00 -3,00 0 100 200 300 400 500 600 700 800 900 1000 1100 1200 1300 1400 1500 1600 1700 1800 1900 2000 Van 0 AD tot 2000 AD Afb. 7. Grafische voorstelling van het verlandingsproces voor centraal Zuid-Beveland (Wemeldinge) tussen 0AD en 2000AD. Naar V.d. Ven 1993 en De Bont 2009. Grafiek: B. Chamuleau 2020. Zuid-Beveland beschermde. Uit onderzoek is ook gebleken dat nu de dijkzool ca. 1,5 m lager ligt dan waarop deze oorspronkelijk was aangelegd. Dijken werden aangelegd op een schor dat 0,5 tot 0,7 m boven plaatselijk gemiddeld hoog lengte 1100 hoogte 133,3 water lag. Bij de Poldersedijk was dat in de 12e eeuw ca. 1,5-1,7 boven NAP. Nadat de bodem was ingeklonken waren dijken van een groter formaat noodzakelijk. De dijkafmetingen zijn in de loop van de tijd mede daardoor steeds aangepast. GHW 1,35 +NAP in 1400 Afb. 8. Profiel Poldersedijk met 9 aanpassingen (lila: oudste dijkje op zandafzetting; licht bruin; 1e verbreding rose: 2e verbreding; grijs-bruin: 3e versterking-verhoging afgedekt met veenplaggen; lichtbruin: 4e verbreding verhoging met kleiplaggen; rose-bruin: 5e verbreding; grijs-bruin: 6e verbreding-verhoging; licht bruin: 7e verbreding-verhoging; licht grijs: 8e verhoging; grijs: 9e verhoging). Tekening: B. Chamuleau 2014. Dijkenonderzoek Zeeland 51

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2021 | | pagina 9