Chirurgijn Nicolaas van Woestenburg en de slaapkoorts van
Hester Speijer uit Dreischor: een vreemd ziektegeval en
een wonderlijke genezing in 1775
E.J.M. (Liesbeth) van der Geest
In mei 1775 stuurt chirurgijn Nicolaas van
Woestenburg uit Brouwershaven een hand
geschreven rapport in de vorm van een klein
schriftje met een gemarmerde kaft naar het
Zeeuws Genootschap te Vlissingen.1 Bij het
schriftje is een brief waarin hij een en ander
uitlegt: 'Aan de Zeergeleerde Konstlievende en
wijd beroemde Heeren de Heeren Directeuren
van het nuttig Zeeuws Genootschap der Weten
schappen te Vlissingen wordt deze kleine obser
vatie wegens eene Slaapkoorts van negentien
aaneen volgende dagen en nachten, met een
goed oogmerk voor het gemeenebest opgedragen
door Nicolaas van Woestenburg, chirurgijn te
Brouwershaven. Enkele weken eerder, zo schrijft
hij, heeft hij te maken gehad met een ziekte die
zich openbaarde bij Hester Speijer uit Dreischor.
In zijn 28-jarige carrière als chirurgijn heeft hij
niet eerder een dergelijk ziekteproces meegemaakt.
Hij noemt het een geval van 'slaapkoorts'. De
patiënte is na een val in haar huis in een diepe
slaap geraakt en niet meer wakker te krijgen. Van
Woestenburg doet aderlatingen en schrijft allerlei
medicamenten voor in de hoop haar te genezen.
Na negentien dagen wordt zij wakker. Is dit dank
zij de methode van Van Woestenburg of is het een
natuurlijke genezing?
De chirurgijn wil zijn collega's geneesheren in
Zeeland deelgenoot maken van het voorval. Hij
beschrijft het ziekteproces en somt zijn gebruikte
methoden op.
Bij het rapport is een verklaring gevoegd
van schout en schepenen van Dreischor,
waardoor de observatie een officieel karakter
krijgt. Zij schrijven: 'Wij schout en schepenen,
composeerende de Magistraat van Dreyschor,
attesteren voor de waarheid ter requisitie van
de dit aangaande, dat Hester Leenderse Speijer
weduwe van wijlen Cornelis Janse Fonteine, oud
67% jaren wonend binnen deze plaats, na eene
Het schrift van Nicolaas van Woestenburg dat hij in 1775 naar
het Zeeuws Genootschap stuurt. Zeeuwse Bibliotheek, Zeeuws
Genootschap, handschrift 3494.
valling op haar hoofd, nu omtrent vier weken
geleden, gedaan te hebben door een daarop
gevolgde en aanhoudende slaapziekte (door den
ondergenoemde Chirurgijn Slaapkoorts genaamd)
van 19 dagen en 19 nachten, zonder in dien tijd
eenige spijzen te hebben gebruikt, door Mons.
Nicolaas van Woestenburg, Chirurgijn ter stede
Brouwershaven, onder Gods zegen thans zeer
gelukkig en volkomen is hersteld, zonder eenig
verlies van oordeel of gebrek in het een of ander
deel, zijnde in alles als te voren in een volkomen
presentie. Ter oorkonde geteekend binnen
Dreyschor voorschreven den 16 meij 17 honderd
vijfenzeventig'. De verklaring is ondertekend
door schout Jacob Hokke en de schepenen Gerrit
164 Een vreemd ziektegeval en een wonderlijke genezing