Dagpauwoog
A jT
cms to
Bijna iedereen kent wei de dagpauwoog, één
van onze meest kleurrijke vlinders. De vlinder
ontleent zijn naam aan de grote oogvlekken op
de bovenzijde van de vleugels. Deze lijken op
de ogen van een groot dier en zijn bedoeld om
belagers af te schrikken. De zwarte onderzijde
van de vleugels is daarentegen onopvallend.
Ook dit heeft een functie: als de vlinder zijn
vleugels dichtklapt, zoals tijdens de winter
slaap, valt hij nauwelijks meer op.
Voorkomen en leefgebied
In Nederland is de dagpauwoog een zeer
algemene vlinder en dat geldt ook voor
Zeeland. De dagpauwoog is een goede vlieger
die grote afstanden kan afleggen. De vlinder
wordt in heel Zeeland waargenomen, met
name in de kuststreken en in en om woon
kernen. De aantallen op Schouwen-Duiveland
zijn lager wat waarschijnlijk verband houdt
met het open landschap op dit eiland.
De dagpauwoog houdt niet zo van het open
landschap. Dit blijkt uit de onderzoeksresulta-
Daqpauwoog in Het voorjaar
ten op Schouwen-Duiveland. In het open en
weidse polderlandschap werd hij, in tegen
stelling tot de kleine vos, relatief weinig
gezien. De dagpauwoog houdt meer van
structuurrijk landschap. De eitjes worden bij
voorkeur afgezet op brandnetels die langs
bos- of struweelranden staan. De eerste waar
nemingen in Zeeland worden meestal eind
februari, begin maart gedaan. Uitzondering
hierop is het jaar 1999, waarin de vroegste
waarnemingen in de eerste week van januari
werden gedaan en wel op vijf verschillende
locaties. Echt algemeen worden de vlinders
vanaf eind maart. De overwinteraars vliegen
tot half mei, waarna de aantallen drastisch
dalen. Tussen half mei en begin juli, als de
nieuwe generatie dagpauwogen gaat vliegen,
worden nog steeds dagpauwogen gezien, maar
de dichtheden zijn duidelijk lager. De grootste
aantallen van de nieuwe generatie worden
waargenomen rond eind juli, begin augustus.
Na half oktober worden, afhankelijk van het
weer, nauwelijks nog dagpauwogen waargeno
men. De laatste waarnemingen zijn van eind
november (25 november 1995 te Haamstede
en 29 november 1999 bij de Braakman) of
zelfs begin december (18 december 2001 te
Noordgouwe). In 1995 werden extreem veel
dagpauwogen waargenomen in Zeeland, zoals
het recordaantal van 1000 dagpauwogen in
een kiiometerhok bij Westerschouwen. In
totaal werden in dat jaar drie keer meer
dagpauwogen gezien dan in andere jaren. Het
hoge aantal houdt verband met een invasie
van dagpauwogen dat jaar in Zeeland en ook
in de rest van Nederland. Deze waren voor
namelijk afkomstig uit het oosten van Europa.
90
fauna- ZecCandica^