twee "tentakels" midden op de kop, of
op de plek van zulke tentakels, indien
de laatste ontbreken, (b) midden op
het kopgedeelte, ongeveer boven de
"hersenen", (c) verspreid over de kop,
(d) langs de rand van het lichaam,
hetzij alleen langs de koprand, hetzij
langs de rand van een groot deel
van het lichaam. Platwormen zijn
lichtschuw. Dat betekent dat we ze
onder allerlei substraat moeten zoeken:
stenen, wieren, planken, enz. Als na
het oppakken van bijvoorbeeld een
steen, de onderzijde aan het licht wordt
blootgesteld, blijven de wormen eerst
nog even stil zitten en zijn daarom niet
eenvoudig te zien. Maar na een korte
periode vertonen ze hun langzaam
voortglijdende beweging, in een
poging om aan het licht te ontsnappen,
en vallen de dieren veel meer op.
De wormen worden verzameld door
ze voorzichtig met een penseel van
het substraat te halen. Fixatie van de
dieren vereist speciale vloeistoffen;
gebruik van formaline of alcohol
als fixatiemedium heeft als resultaat
dat de wormen sterk contraheren en
maakt de weefsels minder geschikt
voor anatomisch onderzoek. Vooral
Polycladen vereisen een speciale
behandeling als we nog iets van hun
natuurlijke vorm en kleur willen
behouden.
Determinatie vanplatwormengeschiedt
aan de hand van de anatomie van het
geslachtsapparaat in het algemeen en
het copulatieapparaat in het bijzonder.
Dat betekent in de praktijk dat er
histologische microscoop-preparaten
van de wormen gemaakt moeten
worden. Daarom dienen waarnemingen
en determinaties uitsluitend gebaseerd
op de uiterlijke verschijningsvorm
van de wormen altijd met enige
terughoudendheid vermeld en bekeken
te worden. Uit het mariene en brakke
milieu in Zeeland zijn van de groep
der macroturbellariën een gering
aantal Tricladen en Polycladen bekend
en zijn er een tamelijk groot aantal
microturbellariën gerapporteerd.
Tricladen zijn gemakkelijk te
herkennen omdat ze een duidelijke
driedelig-vertakte darm hebben, met
één hoofddarmtak die naar voren wijst
en twee takken die vanuit ongeveer
het midden van het lichaam naar het
achtereinde lopen, één aan elke zijde
van het lichaam.
Elk van deze drie hoofdtakken vertoont
op zijn beurt weer een groot aantal
kleinere zijtakken.
In tegenstelling tot Tricladen hebben
Polycladen geen drie hoofddarmtakken
maar een darm die bestaat uit zeer
veel uitwaaierende takken. Hoewel
Polycladen over het algemeen relatief
groot zijn, zijn ze delicater dan
Tricladen. Ze zijn ook veel moeilijker
met een penseel op te pakken en als een
Polyclade iets te hardhandig verzameld
of bewaard wordt, dan lost het dier
snel op tot een slijmerige massa.
Grotere soorten van Polycladen dienen
voorzichtig op een dunne spatel of iets
dergelijks gemanoevreerd te worden,
waarna ze overgebracht kunnen worden
in een verzamelpot met zeewater.
Microturbellariën vormen een zeer
diverse groep van wormen, die over het
algemeen zeer klein zijn en alleen door
specialisten gedetermineerd kunnen
worden.
116
jauna ^eefandica