5^3 Tussen mond en anus bevindt zich een maagholte bezet met trilharen, en er is een simpele vorm van slokdarm en einddarm. De wand van het lichaam is niet veel meer dan twee lagen huidcellen met daartussen een gelatineuze massa, waarin wat losse en gefixeerde cellen zitten. Een zenuwknoop en wat spiervezels op de juiste plaatsen, en daarmee hebben we het wel gehad. Trilharen op de tentakels zorgen voor een waterstroom, waardoor voedseldeeltjes (detritus, plantaardig en dierlijk plankton) aangevoerd worden. Die worden ingevangen door andere trilharen, die ze naar de mondopening vervoeren. De groep kent ongeslachtelijke, zowel als geslachtelijke voortplanting. Bij alle soorten vindt ongeslachtelijke voortplanting plaats door het afsnoeren van stukjes weefsel die dan weer tot nieuwe individuen uitgroeien. Bij solitaire soorten gebeurt dat aan de kelk. Maar bij kolonievormende soorten groeien nieuwe individuen uit de stolonen, of soms uit rechtopstaande delen van de kolonie. Zo kunnen tamelijk uitgebreide kolonies gevormd worden. Geslachtelijke voortplanting komt ook voor. Er zijn zowel tweehuizige als hermafrodiete soorten (bij de eerste kun je onderscheid maken tussen vrouwelijke en mannelijke individuen; 1 mond 2 anus 3 maag 4 tentakel 5 zenuwknoop 6 klierweefsel 7 broedruimte 8 steel hermafrodiet betekent dat een individu zowel mannelijke als vrouwelijke voortplantingsorganen heeft). Voor zover bekend vindt inwendige bevruchting plaats - hoewel het onduidelijk is hoe de spermacellen de eierstokken bereiken. De ontwikkeling van de eieren vindt vervolgens plaats in een gedeeltelijk open ruimte tussen de tentakels (een soort half-open broedbuidel dus). Uit de eieren komt een larve die met trilharen bedekt is en "trochophora" genoemd wordt. Hij lijkt een beetje op de larven van wormen en weekdieren. Na korte tijd in het plankton rondgezwommen te hebben, gaan de larven zich vastzetten op de ondergrond en ondergaan een ingewikkelde gedaanteverwisseling om volwassen kelkwormen te kunnen worden. Als de omstandigheden ongunstig worden kunnen kelkwormen hun kelk afwerpen. Ze zij n dan minder kwetsbaar, en wachten tot de omstandigheden weer gunstig worden om dan nieuwe kelken te vormen. In Zeeland hebben we te maken met een viertal soorten, behorende tot twee geslachten, en dat zijn tevens de twee geslachten van kolonievormende soorten. De overige drie geslachten omvatten alleen solitaire soorten. De vier bedoelde soorten zijn: Barentsia gracilis M. Sars 1935), 143 2 Bouwplan Kelkworm Zeefauna in "Zeeland

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap - Fauna Zeelandica | 2005 | | pagina 147