Deze soort behoort tot een groep die overal over heen groeit. Vooral over andere organismen. Hij is pas in 1991 voor het eerst in Nederland gesignaleerd, maar bedekt inmiddels in de zomermaanden grote oppervlakken in de Grevelingen en vooral de oostelijke Oosterschelde. Beneden het intergetijdengebied, voornamelijk over andere organismen heen groeiend - vooral de Japanse oester schijnt een geliefde ondergrond te zijn. Lokaal kan deze soort zo massaal aanwezig zijn dat al het hard substraat aanwezig, inclusief planten, stenen, rotsen, oesters en andere zakpijpen, volledig bedekt wordt. De Druipzakpijp kan overal in de Oosterschelde en in de Grevelingen aangetroffen worden. De bedekking op plekken als het Zijpe is vaak bijna 100%. Hoe moet je trouwens de afhangende slierten waarderen in termen van bedekking?? Ook in de Grevelingen komt de soort op veel plaatsen voor. Bijzonderheden: Het is nog onzeker welke Didemnum soort in Nederland voorkomt. Het gaat waarschijnlijk om Didemnum lahillei, D. vestum of D. vexillum (A. Gittenberger, pers. comm.; Kott, 2004). Deze drie soorten lijken zeer sterk op elkaar. De kolonies uit Nederland worden op het moment moleculair onderzocht en vergeleken met materiaal uit o.a. Amerika, waardoor er binnekort meer duidelijkheid zal zijn over de ware identiteit (A. Gittenberger, pers. comm.) van de Nederlandse Didemnum sp. Geleikorstzakpijp of Grijze korstzakpijp Diplosoma listerianum (Milne Edwards, 1841)) Een kolonie van deze soort vormt een dunne overtrek over allerlei ondergrond. De individuen zijn ongeveer 2 mm lang. De kleur is grijs tot geelgrijs. De plakkaten kunnen een doorsnede bereiken van zo'n 15 cm. Het uiterlijk is, zoals de Nederlandse naam zegt, gelatineus en doorzichtig. Als je goed kijkt, zie je allemaal zwarte puntjes in die geleimassa zitten: dat zijn de aparte individuen. Daarnaast zijn de veel grotere gemeenschappelijke uitstroomopeningen duidelijk te herkennen. In verreweg de meeste kolonies zit een dun wit lijntje om de grote uistroomopeningen, en ook om de meeste kleine. Daarnaast is het hele oppervlak bedekt met kleine witte puntjes. Het loont de moeite om hier een onderwaterloep te gebruiken! 187 /(eefauna in %ee(and

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap - Fauna Zeelandica | 2005 | | pagina 191