minder voor dan in de periode daarvoor. Het sterkst
is deze afname bij de Glassnijder. De Weidebeekjuf-
fer tenslotte is slechts een zwerver in onze provin
cie, het is opmerkelijk dat de sterke toename van
deze soort in de rest van het land niet geresulteerd
heeft in meer waarnemingen in Zeeland.
In figuur 1a, b en c zien we duidelijk dat het aan
tal waarnemingen van de Azuurwaterjuffer sterk
is toegenomen. De opkomst van deze soort begon
blijkbaar in Zeeuws-Vlaanderen. Deze soort kan
zich voortplanten in zoete wateren van allerlei
typen, zowel poelen, kreken en plassen maar ook in
gewone sloten in akkerbouwgebieden, als het water
maar niet te zout is. Een vergroting van de hoeveel
heid zoet oppervlaktewater speelt deze soort in de
Azuurjuffer 1999-2005
Coenagrion puella (200 hokken)
Vuurjuffer 1999-2005
Pyrrhosoma nymphula (83 hokken)
kaart. Dit patroon is echter niet direct duidelijk in de
bovenstaande figuur. Figuur 1c, de kaart Azuurwa
terjuffer 1999-2005 geeft een wijdere verspreiding
van de Azuurwaterjuffer dan de zoete gebieden.
Een eventuele relatie tussen echt zoet water en de
Azuurwaterjuffer moet klaarblijkelijk onderzocht
worden aan de hand van larvenwaarnemingen.
In figuur 2a, b en c zien we dat het beeld van de
Vuurjuffer lijkt op dat van de Azuurwaterjuffer, hoe
wel de Vuurjuffer ook in de tweede periode in de
polders van Zeeland nog zeer schaars was. Al sinds
jaar en dag is een populatie aanwezig nabij Schud-
denbeurs op Schouwen-Duiveland, deze populatie
heeft zich voor 1999 niet uitgebreid. We zien ook bij
deze soort dat de eilanden later gekoloniseerd wor
den dan Zeeuws-Vlaanderen. Dit heeft ongetwijfeld
te maken met het feit dat deze soort, evenals de
vorige, 'eilanden' van geschikt habitat, als een soort
stapstenen moet gebruiken om de provincie Zee
land te bevolken.
Dergelijke 'eilanden' met geschikt habitat worden
wellicht gevormd door tuinvijvers. Het is voorstel
baar dat het aantal (de dichtheid) van tuinvijvers op
een gegeven moment zo hoog is dat een libellen-
soort van de ene naar de andere vijver kan vliegen
en zo de gehele provincie kan veroveren. Opmer
kelijk is dat de Vuurjuffer in westelijk Zeeuws-
Vlaanderen schaars blijft, dit zou te maken kunnen
hebben met de geringe bevolkings-(tuinvijver)groei
in dat gebied. Gebaseerd op de figuren 1b t/m 2c
lijkt de Vuurjuffer dus de soort die wellicht het
sterkst van tuinvijvers profiteert terwijl de Azuur
waterjuffer in een breder scala aan zoete wateren
te vinden is.