IN ZEELAND
Lièeiïcn in Zeeland 61
40
25
wk 10
maart
177 waarnemingen
40
oktober
Variabele waterjuffer
1-2
3-10
>10
Daaruit kunnen we afleiden dat er, behalve in
Zeeuws-Vlaanderen, maar weinig geschikt leef
gebied voor de Variabele waterjuffer in Zeeland
aanwezig is.
Het larvenstadium duurt gewoonlijk één, soms
twee jaar. De eerste Variabele waterjuffers ver
schijnen begin mei. De piek valt van eind mei
tot begin juli en de laatste exemplaren kunnen
worden gezien rond eind augustus - begin sep
tember.
Vrij algemeen, vooral In Zuidoost-Zeeuws-Vlaan-
deren.
komt in alle regio's wel voor maar vaak op slechts
enkele plekken. Plaatselijk zijn er wel grote aan
tallen aangetroffen in Oost-Zeeuws-Vlaanderen.
De Variabele waterjuffer komt in bepaalde slo
ten talrijk voor en vliegt daar vaak samen met
eveneens grote aantallen Azuurwaterjuffers. Op
20 mei 2001 bijvoorbeeld, werden bij Westdorpe
300 exemplaren geteld; verder zijn er jaarlijks
veel waarnemingen van tientallen exemplaren in
de omgeving van Hulst en Axel. Op Walcheren
is de Variabele waterjuffer maar van één plek
bekend: slechts enkele exemplaren bij Oranjezon
op 11 juni 1996. Op Zuid-Beveland zijn tot 2005
ook maar enkele waarnemingen gedaan, rond
1985 was een populatie aanwezig nabij het Heg-
genreservaat. Op 20 mei 2002 werden in Kapelle
2 exemplaren gezien. Kleine of grotere popula
ties zijn mogelijk aanwezig in wat bredere zoete
sloten in de buurt van Renesse. In het oostelijke
deel van Schouwen werden op 21 juni 2002 20
exemplaren geteld bij de vijvers van vijvercen
trum Het Groene Kikkertje. In 2005 is nog een
populatie gevonden in de buurt van Zonnemaire.
Het ligt voor de hand dat de voorouders van de
Schouwse Variabele waterjuffers afkomstig zijn
van de laagveengebieden in Zuid-Holland. De
enkele populaties die op Goeree voorkomen fun
geren mogelijk als springplank.
Of er sprake is van vooruitgang of achteruitgang
in Zeeland is moeilijk vast te stellen. Waarschijn
lijk was de Variabele waterjuffer al langere tijd
aanwezig op sommige recente vliegplaatsen. Dat
de soort daar niet eerder is waargenomen, komt
omdat in het verleden veel minder naar libel
len werd gekeken. De voornaamste bedreiging is
achteruitgang van de waterkwaliteit van sloten
en het wegscheppen van drijvende waterplanten.
Aangezien het overheidsbeleid gericht is op sterke
verbetering van de kwaliteit van het oppervlak
tewater mag voor de toekomst op een positieve
ontwikkeling worden gerekend. Het steeds zoeter
worden van sloten kan ook een positieve ontwik
kelingtoename van de Variabele waterjuffer in
Zeeland tot gevolg hebben. Opmerkelijk is dat de
soort in België zeer zeldzaam is.
Vroegste waarneming 23 april (2000), laatste waar
neming 7 augustus (1999).
