GROTE
ROODOOGJUFEER
E
Erythromma najas
Robert-Jan Goossens en Elias de Bree
GEDRAG
80 Fauna Zeefancfica
IN ZEELAND
De Grate roodoogjuffer lijkt bijzonder veel op de
Kleine roodoogjuffer. Beide juffers hebben evenals
het Lantaarntje een zwart achterlijf met aan het
eind een blauw 'lantaarntje', maar ze onderschei
den zich hiervan door hun rode ogen. Het manne
tje van de Grote roodoogjuffer onderscheidt zich
van de Kleine doordat segment 2 en 8 aan de zij
kant niet blauw zijn gekleurd. Tevens ontbreekt bij
de Grote roodoogjuffer een zwart X-vormig figuur
boven op segment 9. Het onderscheid tussen de
vrouwtjes bestaat uit slechts één duidelijk verschil.
Het vrouwtje van de Grote roodoogjuffer heeft een
onderbroken of gereduceerde schouderstreep, ter
wijl deze bij de Kleine roodoogjuffer duidelijk door
getrokken is. Een ander verschil tussen de soorten
is de vliegperiode: die van de Grote roodoogjuffer
begint in april en heeft zijn piek in juni, terwijl die
van de Kleine roodoogjuffer pas begint in juli en
zijn piek rond augustus heeft. Beide vliegen door
tot eind september. Grootte 3,5 cm.
BIOTOOP
De Grote roodoogjuffer komt voor bij stilstaande
open, veelal voedselrijke wateren met drijvende
vegetatie, vooral Gele plomp en Waterlelie.
Het mannetje zit vaak op de drijvende vegetatie,
vanwaar hij korte vluchten laag over het water
oppervlak maakt. Vrouwtjes komen alleen bij het
water om te paren en eitjes af te zetten, wat in
tandem gebeurt. Vaak zetten verschillende tan
dems groepsgewijs eitjes af. Dit vergroot de veilig
heid: vele ogen zien het gevaar eerder.
Vrij zeldzaam. Vooral in het zuidoosten van Zeeuws-
Vlaanderen.
De enige populaties van de Grote roodoogjuffer
zijn momenteel te vinden in Oost-Zeeuws-Vlaan-
deren, waarbij vooral de grote aantallen rondom
Axel en bij de Kriekeputten opvallen. Hier is dui
delijk sprake van voortplanting, want er zijn in de
loop der jaren op verschillende plaatsen larven
verzameld, zoals in de Kriekeputten te Clinge en
de Boschkreek te Koewacht.