O
LO
H-l
AMM0PH1FA CAMPFSTR1S
Bastaardrupsendoder
AMMOPH1LA SABULOSA
Grote rupsendoder
PODALON1A AFF1N1S
Gewone aardrupsendoder
fl
Jj
De Bastaardsrupsendoder werd vroeger Kleine rupsen-
doder genoemd. Zoals de naam zegt vangt de soort
bastaardrupsen voor de opgroei van de larve, in dit
geval de larven van bladwespen van het geslacht
Tenthredo. De Bastaardrupsendoder komt verspreid in
Nederland voor op zandig schraal begroeid terrein. Op
het stuifzand in het binnenland is de soort duidelijk
achteruitgegaan, in de duinen is dat minder het geval.
Na 1980 werd de Bastaardrupsendoder in 4 kilometer-
hokken in Zeeland vastgesteld. Twee daarvan lagen in
het kleigebied.
De Grote rupsendoder is door haar grootte van bijna 2,5
cm en bijzondere lichaamsvorm een opvallende wesp,
die haar nest bij voorkeur in open zandgrond maakt.
In Zeeland is de soort dan ook vooral in het duingebied
te vinden, waar ze algemeen voorkomt. Ook in tuinen
aan de binnenduinrand is de Grote rupsendoder dikwijls
aanwezig wanneer de bodem daar open is, zoals kaal
gemaakte grond in de moestuin. Verder is de soort aan
getroffen in de grensstreek van Oost Zeeuws Vlaande
ren. Hier en daar werd Ammophila sabulosa ook buiten
de echte zandgronden aangetroffen, zoals in een tuin in
Zaamslag en bij de Eendenkooi op Sint Philipsland. Het
is niet duidelijk of het hierbij om kleine populaties gaat
of dat het zwervers betreft.
In Nederland is dit, zoals de naam al aangeeft, de al
gemeenste aardrupsendoder. De soort geldt echter als
minder algemeen en is inmiddels verder afgenomen.
Ook in zeeland is het blijkbaar hard gegaan. In Zeeland
waren er 4 vondsten van voor 1980. Na deze periode is
de soort helemaal nooit meer gevonden, zodat gevreesd
moet worden dat de soort hier is uitgestorven.
148 Fauna Zeefandica