DRYUDELLA PINGUIS
Noorse wantsendoder
DRYLI DELL A STIGMA
Slanke wantsendoder
ECTEMN1US BOREAL1S
x%)-.
ECTEMN1US CAV1ERONS
Dryudella pinguis is in Nederland aanzienlijk zeldzamer
dan de verwante Dryudella stigma. Over heel Europa
geldt precies het omgekeerde. De 18 uurhokken waarin
Dryudella pinguis na 1980 in Nederland is waargeno
men geven niet echt een duidelijk patroon te zien. Er
zijn waarnemingen uit de duinstreek, uit Zuid-Limburg,
Flevoland, het Utrechts-Hollandse plassengebied en
Midden-Brabant. Internationaal gezien wordt Dryudella
pinguis beschouwd als een min of meer kustgebonden
soort, hoewel ook nogal wat landinwaartse vondsten
gemeld worden (Blosch, 2000). In Zeeland is de soort
recent aange
troffen in de
duinen in de Kop
van Schouwen
en in het zuide
lijke puntje van
de Braakman. In
beide gevallen
gebieden met
een zandig karakter die gekenmerkt worden door een
flora met veel duin-elementen. Dryudella pinguis heeft
na 1980 in Nederland een serieuze achteruitgang la
ten zien en omdat het om een noordelijke, holarctische
soort gaat kon het wel eens blijken dat de soort te lijden
heeft onder de opwarming van het klimaat.
In tegenstelling tot de vorige soort vertoont het voorko
men van Dryudella stigma een licht positieve trend en
het aantal uurhokken na 1980 bedraagt in Nederland
54. In Zeeland is de soort pas na 1980 voor het eerst
waargenomen en gedurende de laatste 5 jaar zijn waar
nemingen uit 5 uurhokken geregistreerd. Het betreft de
duingebieden van de Keihoogte, de Piet, Kop van Schou
wen en het Zwin. Het is merkwaardig dat de soort in
een groot duin
complex zoals
Oranjezon niet
aangetroffen is,
temeer omdat
het landelijke
verspreidings
kaartje een dui
delijk accent op
de duinen laat zien (ca 40°/o van de uurhokken). Moge
lijk zijn juist de kleinere duincomplexen wat intensiever
onderzocht in de afgelopen jaren.
Deze middelgrote vertegenwoordiger van het geslacht
van de Blokhoofdwespen is in Nederland een tamelijk
zeldzame soort, die voornamelijk in de oostelijke lands-
helft is gevonden. Ze is landelijk sterk afgenomen. In
Zeeland is dit dier sinds het jaar 2000 op een vijftal
plaatsen aangetroffen, steeds aan de kust of aan de rand
van het open
water. Dit is
opmerkelijk om
dat deze soort
voorheen bijna
niet in West Ne
derland en aan
de kust werd
aangetroffen.
Een in Zeeland algemeen verspreide wesp die met uit
zondering van Noord Beveland en Tholen in alle delen
van Zeeland is aangetroffen. Het ontbreken in deze twee
gebieden lijkt terug te voeren op een waarnemings
effect. Cavifrons is daarmee overal in de provincie aan
te treffen. Zo loopt Zeeland met deze soort goed in de
pas bij de rest van Nederland, waar ze wel wat is afgeno
men, maar nog steeds vrij algemeen is. De dieren bleken
een ruime biotoopkeuze te hebben, van stadstuintjes,
tot parkjes en
bossen in het
buitengebied.
Maar ook in de
duinen en langs
dijken. Alleen
het grootschalig open polderland lijkt ze te mijden.
Zeeland werd het eerste dier op 11-6 aangetroffen,
laatste vloog nog op 1 oktober nog rond.
64 Fauna Zcetandica