I ONDERZOEK IN ZEELAND Aantal Zeeuwse uurhokken met waarnemingen van Andrena flavipes gedurende verschillende perioden Voor 1950 3 1950- 1980 9 1980- 1998 8 Vanaf 1998 98 Terras aan het Veerse Meer. De inseetenwerkgroep tussen de middag bij het uitwisselen van vondsten. Van links naar reehts: Chiel Jaeobusse, Ron Brouwer, Kees de Kraker, Bob van Aartsen, Anton Baaijens en Lueien Calle. 3 X> O Dit boek heeft een uitgebreide voorgeschiedenis. Gezien 1 het aantal waarnemingen wat in Zeeland gedaan is van bijen en wespen is de geschiedenis het beste in te delen in twee perioden: de periode tot 1996 en de periode daarna, toen er in Zeeland een enthousiaste werkgroep u mee aan de slag ging. oJ (3 Tot 1998 Net als elders in Nederland zijn er al vanaf de negen- tiende eeuw op bescheiden schaal gegevens over bijen 3 en wespen verzameld in Zeeland. Vrijwel alle grote ver- 1—1 zamelaars hebben ook in Zeeland activiteiten ontplooid. Bekende onderzoekers als Van derVegt, Van Lith, Benno en Lefeber hebben in diverse delen van de provincie gevangen. Bijzondere vermelding verdient B. Walrecht, onderwijzer te Kapelle, die zich intensief met de studie van bijen en wespen in Zeeland bezighield. Bovendien heeft hij via zijn publicaties in de Provinciale Zeeuwse Courant (onder het pseudoniem Barend Zwerfmans) het onderwerp toegankelijk gemaakt voor een breder pu bliek. Een andere amateur-entomoloog die in Zeeland veel activiteiten ontplooid heeft was de Belgische on derzoeker Petit. Hij publiceerde in het tijdschrift Lam- billionia een overzicht van bijen in Zeeuws-Vlaanderen, dat nu nog steeds van belang is. Vleugel publiceerde in 1947 een studie over het gedrag van de Grijze graafbij in de Zak van Zuid Beveland. Daarna werd het lang erg stil in het Zeeuwse. Dat ver anderde toen begin van de jaren 90 vanuit Naturalis te Leiden belangstelling bestond om Zeeland op Zweef vliegen te onderzoeken. Jan Delfos en Flip Pronk maak ten gedurende enkele zomers inventarisatie tochten in Zeeuws-Vlaanderen. Ze plaatsten er ook een aantal malaisevallen. Flip Pronk verzamelde en prepareerde daarbij ook alle bijen en wespen die gevangen werden. Dat leverde een flink aantal collectiebakken op voor Naturalis, die later vooral door de actieve Zeeuwen op naam gebracht werden. Daardoor begon voor het eerst in de geschiedenis het aantal waarnemingen serieus op te lopen. Voor zover valt te achterhalen zijn er vanaf de negen tiende eeuw tot half de jaren negentig ongeveer twee duizend waarnemingen van bijen en wespen in Zeeland geregistreerd. De onderstaande serie met waarnemin gen van de algemeen verbreide Grasbij (Andrena fla- vipes) illustreren hoezeer onze kennis de laatste jaren vergroot is. Ze illustreren tevens dat die kennis nog niet volledig is. De grasbij is momenteel bekend van 98 zo genaamde uurhokken (landvakken van 5x5 km), maar komt zo goed als zeker voor in alle 114 uurhokken die Zeeland kent. 24 Fauna ZccCandica

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap - Fauna Zeelandica | 2008 | | pagina 28