Aanbevelingen natuurontwikkeling, natuurherstel en
beheer.
Een hele rij grootschalige beheersmaatregelen zijn ook
gunstig voor andere soortgroepen, ze worden hier kort
samengevat:
Deltalandschap. Zorgen voor voldoende en kwalitatief
goed natuurherstel Westerschelde, met name in het
middendeel. Bestrijden Zandhonger (en dus bescher
ming schorren) Oosterschelde.
Duinlandschap: Tegengaan vermesting, monitoren van
invasieve soorten, monitoren van effecten recreatie.
Dekzandlandschap: Tegengaan vermesting, kleinscha
lig plaggen, behoud kernen van naaldbos.
Kleilandschap. Verbeteren bermbeheer door maaien en
afvoer vegetatie, verbeteren dijkbeheer door gefaseerd
maaibeheer of extensieve begrazing, aanplant van
Zeeuwse hagen, akkerrandbeheer, tegengaan ophogen
of egaliseren van hollebollige weilanden.
Bossen. Omvormingsbeheer, bosrandbeheer, staand
(door de zon beschenen) dood hout sparen.
Nieuwe natuurontwikkeling
In Zeeland wordt de realisatie van de Ecologische
Hoofdstructuur voortvarend aangepakt. Dat is voor
veel plant en diergroepen natuurlijk gunstig. Bij nieuwe
natuurontwikkeling wordt echter de zaak vaak nogal
strak opgeleverd, met weinig microprofiel. Daardoor
zijn veel nieuw opgeleverde natuurterreinen minder
waardevol voor aculeaten, als dat wel zou kunnen. Wat
"slordiger" afwerken met wat greppeltjes, kleine steil-
kantjes ed. zou een sterke verbetering zijn.
Aanbevelingen tuinen
Bovenstaande aanbevelingen betreffen vooral tame
lijk grootschalige beheersmaatregelen. Vooral dus voor
mensen die hier beroepsmatig mee bezig zijn. In dit
stukje richten we ons vooral op de kleinere zaken, die
dingen die iedereen in zijn eigen achtertuin, of zelfs op
het balkon kan uitvoeren.
Nestelplekken: Het maken van een zandbed, waarin
de aculeaten hun nestjes kunnen maken. Zo'n zand
bed moet tenminste 50 dik zijn, of tenminste zodanig
dat de planten vanuit de ondergrond er niet makke
lijk doorheen kunnen groeien. Het open houden van
gedeeltes bodem die door de zon beschenen worden.
Het plaatsen van een bijenflat, dwz. houtblokken met
voorgeboorde gaatjes van 2 t/m12 mm. Het handha
ven van wat struiken als vlier en braam, het ophan
gen van bundels riet, bamboe ed. zodat de dieren ook
daarin hun nestjes kunnen bouwen.
Voedsel: Zorg voor veel verschillende soorten, liefst
inheemse, bloemen en struiken.
Warmte: Zorg voor een aantal windluwe warme hoek
jes met bv. struiken, waar de dieren zich kunnen op
warmen.
Bijen en wespen in Zeeland 47