d
a
APIS MELL1EERA
Honingbij
m
i
Gd
O
2
Gd
C
m
BOMBUS BARBUTELLUS
Lichte koekoekshommel
BOMBUS BOHEM1CUS
Tweekleurige koekoekshommel
De honingbij wordt door veel onderzoekers niet ge
ïnventariseerd, omdat het overgrote deel van de ho
ningbijen door imkers gehouden wordt en zodoende
een niet natuurlijke verspreiding heeft. Ook bij de
recente inventarisaties werd de honingbij niet altijd
meegenomen, maar evengoed is het merendeel van de
uurhokken wel genoteerd. De honingbij komt in ieder
kmhok talrijk voor, ze is vaak de talrijkste soort. In de
loop van het inventarisatieproject is er steeds meer toe
overgegaan om ook de aanwezigheid van de honing
bij zoveel mogelijk te registreren. Daarom verschaft
de verspreidingskaart -hoewel deze zeker niet maat
gevend is- inzicht in de spreiding van de onderzoeks
inspanningen in de verschillende delen van Zeeland.
AA AAAA
WW wwww
i
De lichte koekoekshommels is waarschijnlijk in Neder
land uitgestorven. De belangrijkste gastheer is de gewone
tuinhommel, maar ook de eveneens uitgestorven grote
tuinhommel komt daarvoor in aanmerking. In Zeeland
is er slechts een oudere waarneming, van voor 1950, bij
Zierikzee.
De tweekleurige koekoekshommel parasiteert op
de veldhommel en dat is in Zeeland een algemene
verschijning. Uit Zeeland waren tot voor kort slechts
enkele waarnemingen bekend van voor 1950 en de
Voorlopige Atlas stelt voor deze soort "Zeeland lijkt
duidelijk onderbemonsterd". Deze veronderstelling is
inmiddels ruimschoots achterhaald, want gedurende
de laatste vijf jaar is de soort waargenomen in 23
verschillende uurhokken. Ten opzichte van de 65 uur-
hokken waarin de soort recent in Nederland is vastge
steld, is het beeld in ruim voldoende mate bijgesteld.
m
Bijen en wespen in Zeeland 65