P
5c
u
0
w
S
m-3
MEGACHILE LAPPON1CA
Lapse behangersbij
MEGACEI1LE LEACEIELLA
Zilveren fluitje
MEGACHILE LIGNISECA
Klaverbehangersbij
In 2001 werd de
soort voor het
eerst in Zeeland
gevangen na
bij Valkenisse,
door Jan Smit. Volgens sommige onderzoekers provi
andeert de Lapse behangersbij zijn larven uitsluitend
met stuifmeel van wilgenroosje; anderen melden een
bredere voedselkeuze.
Het zilveren
fluitje wordt zo
genoemd om de
hoge fluittoon
die rondvliegen
de vrouwtjes ten
gehore brengen.
Soms hoor je de
bijtjes eer je ze
ziet. Het zilveren fluitje is een duinsoort, waarvan buiten
de duinen nog slechts een paar recente waarnemingen
gedaan zijn in Noord-Limburg. Toch waagt het zilveren
fluitje zich ook wel buiten de duinen. Zo zijn er vang
sten uit de bebouwde kom van Terneuzen en Zaamslag
en werd de soort in aantal vliegend waargenomen op de
Plaat van de Vliet in het Krammer-Volkerak. De laatst
genoemde vondst is niet echt verwonderlijk, omdat het
betreffende terrein een drooggevallen zandplaat is met
een duinachtig karakter. Wellicht kan het in detoekomst
een belangrijke stepping-stone voor de soort beteke
nen om de oude binnenlandse vliegplaatsen opnieuw te
koloniseren. Het Zilveren fluitje is na 1998 in Zeeland
waargenomen in 27 uurhokken.
ÜJ
i
1
De Lapse behangersbij heeft zich pas in de tweede
helft van de twintigste eeuw in Nederland gevestigd,
maar vervolgens is de soort ook weer flink in aantal
teruggelopen. Dat laatste is in verband met de op
warming van ons klimaat ook niet onlogisch voor een
noordelijke soort. Veruit de meeste waarnemingen zijn
afkomstig uit het oosten en noorden van het land.
In het westen was de soort tot nu toe slechts bekend
van één waarneming in de omgeving van Den Haag.
Megachile ligniseca is nooit algemeen geweest in
Nederland, maar tegenwoordig is het een uitgesproken
zeldzame soort. In 1982 meldde Van der Zanden een
snelle achteruitgang en na 1980 is Megachile ligniseca
in Nederland nog slechts in 4 uurhokken gevonden. Het
recente onderzoek in Zeeland heeft 6 uurhokken met 10
vindplaatsen met de soort opgeleverd en in ieder geval
in twee daarvan vloog de soort in aantal. In de Kievitte-
polder werd zelfs de koekoeksbij Coelioxys alata gevon
den (zie aldaar).
Is de klaverbe
hangersbij een
soort van bossen
en struwelen?
De Zeeuwse ge
gevens suggere
ren dat in ieder
geval. De oude
duinstruwelen van de Kievittepolder en de bosrand van
de eendenkooi in Anna Jacobapolder vormen belangrij
ke vliegplaatsen. In hetVennebos bij Koewacht is voorts
een mannetje aangetroffen.
94 Fauna Zeefandica