dunne buitenlaag, die uit proteïnen en vetten is opgebouwd (en geen chitine bevat (zie fig. 1). Bij Decapoden zijn beide lagen geïmpregneerd met kalkzou- ten. De binnenlaag bestaat hier weer uit drie lagen, waarvan de binnenste dun is en geen kalkzouten bevat, de middelste dik met kalkzouten, en de buitenste dun met kalkzouten en bovendien pigment. Het bezit van een hard pantser levert een dier verschillende problemen op. Zoals bekend, wordt één van die problemen, de groei, door Kreeftachtigen opgelost door een periodieke verschaling. Een tweede probleem is dat van de beweging van ledematen en van lichaamssegmenten onderling. Fig. 1 rechts laat de op lossing zien: tussen twee harde delen bevindt zich een wat dunner, soepeler gedeelte, dat als scharnier fungeert, zodat de twee harde delen ten opzichte van elkaar kunnen bewegen. In de poten komen soms gewricht-achtige uitsteeksels van de harde delen voor, die steun geven en gerichte beweging bevorderen. Een derde probleem is, dat bijvoorbeeld de ademhaling moei lijk wordt. De tere kieuwen van grotere soorten zitten daarom in een speciale kieuwholte, waar het water vrij in en uit kan am Fig. 1. Links: Doorsnede door het skelet en de onderhuid van een Decapode. h onderhuid; p binnenste skeletlaag; 1 laag zonder kalk; 2 laag met kalkzouten; 3 laag met kalkzouten en pigment; e buitenste skeletlaag. Rechts: "scharnierplaats" tussen twee skelet-platen, cp skelet platen; am scharnier. Zeeanjelier krijgt lift van heremietkreeft. Zeefauna in Zeefand 11

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap - Fauna Zeelandica | 2010 | | pagina 15