AARDMUIS
door Jan Piet Bekker
V
Soms heeft een (zoog)dier een bijzondere aantrek
kingskracht omdat het gewoon een mooi dier is of
een bijzondergedrag vertoont. De aardmuis trekt mij
aan omdat dit dier je steeds voor vragen stelt. Het
onderscheid met een veldmuis of met een noordse
woel muis blijft in de praktijk erg lastig. Steeds blijkt
dat er deskundigen door de mand vallen. Een van
de eerste keren dat ik meedeed met een zoogdier
kampje in de Oostvaardersplassen hadden we een
deskundige in huis die een uitgebreid rapport had
geschreven over de verschillen tussen aardmuis en
veldmuis. V\Je vingen dat weekend woelmuizen maar
ook de deskundige kwam ernietuit. In hetZeeuwse
staat de kwestie van de "grote ruige" uit de Geulse
Weel nog menigeen in het geheugen gegrift. Was
het een aardmuis of was het een noordse woel muis?
Uiteindelijk bleek het toch om een aardmuis te
gaan. In 2005 bij de inlaag van het Goese Sas weer
het probleem: aardmuis of noordse woel muis? Van
•rnemingen aardmuis 1989 - 2008.
dat dier hebben we nog haren met het haarzakje
veiliggesteld om met DNA de puzzel uiteindelijk nog
een keer te kunnen oplossen.
Uiterlijk en herkenning
De aardmuis is een karakteristieke woelmuis met een
stompe kop, een lichaamslengte van 95-135 mm en
een betrekkelijk korte staart van maximaal 47 mm. Het
is vaak lastig de aardmuis te onderscheiden van twee
andere soorten: aan de ene kant de meestal kortharige
veldmuis en aan de andere kant de noordse woelmuis
met zijn brede kop. In uitgesproken gevallen is het dui
delijk, maar er zijn nogal eens twijfels en bij jonge die
ren is het vaak niet goed mogelijk om het onderscheid
te maken.
De grijsbruine aardmuis maakt een ruige indruk; de
buikzijde is crèmegrijs. De haren zijn langer dan die van
de veldmuis en dat geldt zeker van die voor het oor. Bij
een veldmuis is het oor meestal onbedekt terwijl bij de
aardmuis de haren aan de basis van het oor tot bijna
aan de buitenrand raken. Ook het oorlobje is duidelijk
groter dan bij de veldmuis. De staart is gemiddeld lan
ger dan bij een veldmuis, maar daar heb je niets aan
als het juist om dat ene dier gaat. En tenslotte leeft de
aardmuis op een wat grotere voet (17-21 mm) dan de
veldmuis (14-18 mm).
Gedrag
Aardmuizen zijn uitgesproken herbivoor; ze eten voor
namelijk grassen en kruiden. In de winter wordt gere
geld overgegaan op schors en maar zelden ondergrond
se worteldelen.
Vrouwtjes aardmuizen kunnen al na 40 dagen hun eer
ste jonge werpen; voeg daarbij een aantal nakomelin
gen variërend van 3 tot maximaal 11 en het zal niet
verbazen dat dichtheden van 100 tot 300 dieren per
hectare bereikt kunnen worden. Net als de veldmuis,
kent ook de aardmuis een 3 tot 5 jarige cyclus van de
populatie waarin een duidelijke piek is waar te nemen.
De populatie stort daarna weer in elkaar en neemt ver
volgens weer langzaam in aantal toe. Het is vooral in de
piekjaren dat fruittelers in de winter last kunnen heb
ben van knaagschade aan fruitbomen.
Verspreiding
De aardmuis kent een verspreidingsgebied dat bijna heel
Europa beslaat: alleen het zuidelijk deel van het Iberisch
verdeling waarnemingen
aardmuis (n=5772)
braakbal
vangst
overigen
131