WEZEL
Mustela nivalis
door John van Vliet
Van achter mijn bureau in het kleine kantoorgebouw
heb ik een fraai uitzicht op een kleine bosweide, wat
struweel en een dijkje daarachter. Al tekstverwerkend
heb ik daar een dwergmuis in een halm voor het raam
zien klimmen, een kleine bonte specht zien roffelen,
voorbij fladderende oranjetippen gezien en een appel-
vink gespot Het paartje kraaien dat op het dijkje zat
was dan ook niet zo bijzonder. Maar kraaien die om
beurten een sprongetje maken zijn dat wel, en die act
was al enige minuten gaande. Toch eens beter geke
ken: ze sprongen over een wezeltje heen! Deze stadse
kraaien zagen waarschijnlijk weinig wezels en gingen
er dus niet voorop de wieken. Zo'n muisachtig beestje,
wat kon het ze doen? Ondertussen moesten ze al een
halve meter de lucht in, zo hoogsprong de wilde wezel.
En scheelde het niet veel meer of hij had een kraaien
poot te pakken. Gelukkig waren ze de gymnastiekles
net op tijd zat en kozen zij het luchtruim.
Uiterlijk en herkenning
De wezel is de kleinste van alle in Nederland inheemse
marterachtigen en het kleinste roofdier van Europa.
De lichaamslengte ligt tussen de 13 en 24 cm, waarbij
de vrouwelijke dieren aanzienlijk kleiner zijn dan de
mannetjes. Het zijn bijzonder lenige dieren met een
langgerekt lijf op korte pootjes. De vacht is grijsbruin
op de rug en wit op de buik. De staart is kort: 8 tot
maximaal 12 cm. De Nederlandse wezels worden in de
winter niet wit, zoals dat wel in noordelijke en ooste
lijke delen van Europa gebeurt.
Gedrag
Wezels zijn overal te vinden waar genoeg voedsel en
dekking is. Zij leven zowel in de duinen als in onze
tuinen, en alle landschapstypen daartussenin, als er
maar dekking in de vorm van bosschages, houtstapels
of ruigte aanwezig is. Daar verblijven ze in holen die
door muizen of konijnen gegraven zijn of nissen en
gaten die zich van nature hebben gevormd. Af en toe
laten zij zich horen door scherpe, hoge of sissende
geluiden. Aardige eigenschap van de wezel is dat zij
rechtop gaan staan om de omgeving te kunnen over
zien. De mannetjes houden er een territorium op na
dat tot 25 ha groot kan zijn en het leefgebied van ver
schillende vrouwtjes overlapt. In dat leefgebied jagen
ze zowel overdag als 's nachts vooral op woelmuizen,
maar ze eten ook wel kikkers, insecten, eieren en klei
ne vogels. In mei werpt het wezelvrouwtje ongeveer
164 Fauna Zeefandica
Waarnemingen wezel 1989 - 2008.
Anders had een van de kraaien het 'spel' ongetwijfeld
met de dood moeten bekopen.
6 jongen die na een maand of twee, drie al op eigen
benen kunnen staan.
Verspreiding
In heel Europa, met uitzondering van Ierland, komen
wezels voor. De soort is in heel Nederland algemeen,
maar ontbreekt op de Waddeneilanden.
In Zeeland
Het kaartbeeld van de wezel, ook wel 'muishondje',
in Zeeland laat een grote spreiding zien. Een relatief
groot deel van de waarnemingen betreft verkeers
slachtoffers, de grote verkeersaders zijn daardoor
enigszins in het kaartbeeld terug te vinden. Opvallend
in dat verband zijn de waarnemingen op de Veerse
Gatdam en langs de rand van Noord-Beveland. Het
open landschap en de beperkte ruimte op zo'n dam
leidt ongetwijfeld tot meer slachtoffers, die boven
dien eenvoudiger waar te nemen zijn. Of de aanzien
lijk grotere concentratie wezelwaarnemingen in Oost
Zeeuws-Vlaanderen reëel is, is de vraag. Het land
schap is daar niet bijzonder geschikter voor de wezel,
bijvoorbeeld door een meer kleinschalig landschap
met veel dekking. In dat geval had het voor de hand
gelegen dat ook uit Zuid-Beveland meer waarnemin
gen waren gekomen. Maar daar zijn nu juist onver
wacht weinig waarnemingen van de wezel genoteerd.
Waarschijnlijk is hier sprake van een waarnemersef
fect: er zijn aanzienlijk meer onderzoekers in dit deel