Gewone dwergvleermuis. wordt vaak gehouden in dezelfde gebouwen als waarin zij zich in de zomermaanden bevinden. In de winter trekken zij zich bijvoorbeeld terug in spouwmuren. In de zomer zoeken de dieren vaak ruimten tussen het dak beschot en de pannen op. De vrouwelijke dieren vormen kraamkolonies en werpen daar gezamenlijk ieder hun enige jong. Na het uitvliegen van de jongen, eind juni of begin juli, worden deze kolonies ontbonden. Gewone dwergvleermuizen kunnen een jaar of acht oud worden. In Zeeland Ook in onze provincie is de gewone dwergvleermuis de meest algemene soort. Vooral daar waar het landschap beschutting biedt en zich geschikte verblijfplaatsen in gebouwen bevinden is de soort in aanzienlijke aantal len te vinden. Gewone dwergvleermuizen bevinden zich dan ook veel in de stadsranden, in waterrijke parken, bij landgoederen en in de binnenduinranden. Waar landgoe deren, waterrijke parken en duinen samen komen zijn de aantallen inderdaad het hoogst. Tijdens de vleermuisex cursies rond Kasteel Westhove, tussen Domburg en Oost- kapelle, is een succesvolle waarneming dan ook gegaran deerd. Op het platteland blijkt dat deze vleermuissoort heel geregeld wordt waargenomen rondom de erven van boerderijen en ruilverkavelingbosjes. De verspreidings- kaart laat zien dat deze soort weinig wordt waargeno men in uitgebreide akkergebieden, waar weinig bomen staan. De 'witte' plekken op Noord-Beveland en Schou- wen-Duiveland duiden daarop. De overige gebieden met weinig gewone dwergvleermuizen, zijn grotendeels ver- 84 Fauna Zeetandica méé—

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap - Fauna Zeelandica | 2011 | | pagina 88