120 VERSCHIL EN OVEREENKOMST hebbende, verkreeg Staats-Vlaanderen van den Zeeuw- schen'of Walcherschen tongval den grootsten toevoer en schikte zich er naar. Politiek en godsdienst boe zemde een tegenzin in tegen het VJaamsche en bande de grove Flandrianismenook die wij elders nog op onzen bodem aantreffen. En daarbij kwamen nog de ontelbare vreemdelingendie van wege de godsdienst in dit land eene veilige woonplaats zochten. Fran- schen, Walen, Luikenaars, Saltzburgers stroomden herwaarts door alle tijden heenvoerden vreemde ele menten ter sprake inen deelden den tongval zooda nige schudding en wending mededat hij een geheel eigenaardige wierd. 't Is een Zeeuwsch gebouwop een' «Ylaamschen grondslag omhoog gerezendat hier en daar een' uitheomschen vorm heeft opgenomen Des te zonderlinger is hetdat hetgeen wij niet vinden aan de grenzen van West- Vlaanderenwij het vinden verre van daar, in Zuid-Beveland. Toen mij de Voorzienigheid, vóór ruim twaalf jaren aldaar eene woonplaats beschiktetrok dit al spoedig mijne aan dacht. Geboren en opgevoed aan de grenzen van TVest- Vlaanderen en alzoo vrij gemeenzaam met het daar heerschend dialectverraste het mij hier mijne Vlaamsche kennissen aan te treffenwelke ik in mijn eigen Vlaanderen steeds zorgvuldig had vermeden ge zien. Ik verwonderde mij er overdat zij met ver loochening van haar nabijgelegen zusteroordover landen en zeeën waren heengesprongenom hier in den vreemde eene woonplaats te zoeken en als bur-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1852 | | pagina 188