ssseas
AANTEEKENINGEN.
In het eerstgemelde Woordenboek wordt hij Godfried, in het andere
Godefried genaamd. Zoo als wij zagen is hij Govert gedoopt.
Em. Luc. Yriem o e t heeft eene tamelijk volledige levensschets
hem betreffende, in zijn Athen. Frisiae libr. duo, Leovard. Coulon 1758,
pfcj. 821 - 823 gegeven. Aan deze is voornamelijk het hier gestelde
ontleend.
(3) Zijn vader, mede Govert du Bois genaamd, is den 19 Oc
tober 1695 als proponent in de klassis van Leyden en Nederrijnland,
tot predikant te Kruiningen beroepen, en den 22 Januarij 1696 in zijne
dienst bevestigd; vervolgens in 1705 als zoodanig naar Spijkenisse, en
in 1711, weder vandaar, naar Schiedam vertrokken, waar hij in het
jaar 1721 overleed. Deze was een voortreffelijk menschzeer ervaren
in zijn vak, en boven de bekrompene denkbeelden van zijnen tijd verre
verheven; getuige daarvan, onder anderen, de kerkelijke akten dezer
gemeente van zijnen tijd; waarin wy door hem zeiven vermeld vin
den, dat hij met zijnen kerkeraad sterktegen de klassis van Zuid-Beve
land te velde trok, tegen het excuseren (sic) van den later zoo be-
ruchten G. B^uytendijk, van een reeds vroeger door haar geappro-
beerd beroep als predikant, naar de naburige gemeente Schore en
Vlake en wel omdat gemelde G. Buy ten dijk, op eene reis van Dord
recht naar Goes, met de kaart had gespeeld. Du Bois zegt woor
delijk in zijn protest tegen dat excuserendat het eene harde con
clusie van de vergadering, om een enkel geval van Kaartspel was"; en:
dat het eerste met alle voorvallen, die met dit gelyk zyn een sien op
ons selven en een teregtbrengingh van den overvallene met den geest der
zagtmoedigheid afvordert" enz. Deze woorden, welke het vrijzinnig ge
voelen van du Bois uitdrukken, zijn te meer merkwaardig om den
tijd waarop zulks geschiedde. Immers weinige jaren naderhand ver
scheen er in druk eene predicatie over het spelen met de Kaartden
Christen ongeoorlooft voorgestelt, ende ter afmaaninge aangedrongen,
naar Colloss. 3 17, door Henricus de Frein, pred. te Middel
burg; uitgegeven aldaar bij Martin us Merkse, 1719.
Wie de grootvader, van 's vaders zijde, van onzen geleerde geweest
zijheb ik niet kunnen ontdekken. Wel vinden wij gewag gemaakt
van een' Petrus du Bois, overleden ten jare 1681 als predikant te