214
WAPENS IN DE
de reformatie. Het schijntdat men de naakte wanden
der kolossalevoorvaderlijke gebouwendie nu van
hunne overoude versierselen de beelden de schilde
rijen en het schilderwerk -ontdaan waren weder op
eene andere wijze heeft willen bedekken. IJdele
trots van den adel en van de aristocratiezegt de
zich noemende vrijzinnige dezer eeuwer niet aan den
kende dat ook hij zelf er toch op hoopt dat zijne
gedachtenis op eene of andere wijze moge bewaard
blijvenals hij eens van het woelige tooneel dezer we
reld zal afgetreden zijn. Ongepaste praal van aard-
sche grootheid in de plaatsen voor godsdienstige za-
menkomstenzegt menig godsdienstvriendmaar hij
denkt niet aan het obiit dat boven ieder schild te
lezen stondof aan die gebeitelde doodshoofden
en andere beenderendie zich boven de sporende
helmen en rapieren der meeste wapenborden ver
toonden en die even als de oudere doodendan-
sen, krachtig predikten: Mensch wie gij zijt!
gij zult stenen stof zijt gijen tot stof zult gij we-
derkeeren! Beheer u dan, opdat de dood voor u geen
bode der verschrikking zij! Ik vraag het allen, die in
hunne jeugd zulke kerken gezien hebbenof zij zich
niet herinneren dat dergelijke indrukken bij hen
door die wapens werden te weeg gebragt. Maar, hoe
verschillend de denkbeelden ten dezen opzigte ook zijn
mogenzeker is hetdat die wapensmet hunne
kwartieren en de wijze, waarop deze laatste gerang
schikt warenvoor de historie des vaderlands en der
vaderlandsche geslachten van veel gewigt konden zijn