258
JAN FRANCKEN.
Tot zijne nalatenschap behoorde ook de gouden
ring door Oldenbarneveld gedragen. Lang werd
dit kleinood bij de erven van Filips Francken
als een heiligdom bewaardtot een derzelve hem in
1722 verkocht aan Hendrik van Barneveld, heer
van Noordeloos en Over-Slingeland. Hij is thans het
eigendom van mevrouw Smith van Engelen, geb.
jonkv. van Hoe vte Botterdam, mede erfgename
van den laatsten heer van Barneveld (4).
Jan Francken heeft gedurende de gevangenis
van en met Oldenbarneveld een breedvoerig
Dagverhaal gehoudenvan al wat er met zijnen heer
voorviel,, van het geen deze hem telkens uit de on
dergane verhooren mededeeldeen eindelijk van zijn
droevig uiteinde.Vreemd is het, dat dit zoo sterk
gekleurd verhaal reeds in 1620 is uitgegeven kunnen
worden. Zoo het schijnt maakte men misbruik van
het vertrouwen des schrijversen gaf het in het licht
zonder zijn medeweten of toestemming, ja hier en
daarnaar men meentwat aangevuld en opgesmukt.
Jan Francken zelf betuigde dit, nog te West
souburg zijnde, aan den predikant'Wal a eu s (5).
Wat hiervan zij lioogstbelangrijk en lezenswaardig
zal dit Dagverhaal wel altijd blijven. De onlangs
naar een authentiek afschrift uitgegeven verhooren
van Oldenbarneveld (6)pleiten in 't oogloo-
pend voor de naauwkeurigheid daarvan althans in
de hoofdzaken. Niemand ook heeft het zóó kunnen
schrijven dan Jan Francken zelf. Het is in zijn
geheel overgenomen in het bekende werkHistorie