JAN FRANCKEN.
259
van het Leven en Sterven van Heer Johan van Olden
barneveltRidder var.. Waarachtelyk beschreven door een
Liefhebber der Waerheyt. enz. In 't jaer onses Heeren
1648 (zonder naam van drukker of plaats) 4° (7). Het
dagverhaal is door Jan Francken meestal in den
derden persoon, maar in een goeden, ja levendigen,
stijl geschrevenen het bindt tot den einde toe de
aandacht des lezers. Men zou zich verwonderen
dat een huisknecht, in 1619, toen het onderwijs voor
de geringere klassen nog op den laagsten trap stond,
zóó schrijven kondezoo men niet in aanmerking nam
hoe een negenmaandsche, gestadige en vertrouwelijke
omgang met een man als Oldenbarneveld het ver
stand wel moest opscherpen en den blik verruimen
en hoe de dagelijksche oefening in schrijven en aan-
teekenen onder zulk een oog, al spoedig bekwaamheid
en vaardigheid ten gevolge hebben moest.
En waarom zou Jan Francken zich niet even
zeer ontwikkeld hebben door de gesprekken en raad
gevingen van zijnen heer, als Willem van de
Velde door die van Hugo d>e Groot? Ook deze
trouwe dienstknecht had zich bij zijnen meester d e
Groot in de gevangenis laten opsluiten, naast het
vertrek waar Oldenbarneveld met Francken
zat. Ook hij was zijnen meester negen maanden vrij
willig bijgebleventot deze tot eeuwigdurende gevan
genis verwezen en naar Loevestein vervoerd werd. Ge
durende de gevangenis te 's Hagehad de Groot
hem in het regt onderwezenen zoo ver bragt hij
het, dat toen de Groot, met behulp zijner Echtge-