VAARWEL AAN ZEELAND DOOR J. P. IIASEBROEK. 'k Ben met mijn herdersstaf alleen 0 Zeeland 1 oyer uwe stroomen Een eenzaam reiziger, gekomen, Toen mij de Heer te roepen scheen: En toen mijn oogen 't land aanschouwden En voor mijn blik uwe oevers blaauwden Zag ik geen enkle vriendenhand Mij toegestokén van het strand. Een vreemdling onder vreemden stond Ik daaren vroeg met zorg en vreezen Zal hier van nu mijn woning wezen Mijn t' huis deze onbekende grond Zal ik mijn zorgen en mijn zuchten Vertrouwen aan deez' vreemde luchten? 'k Riep luider dan ik immer mogt Het leven is oen pelgrimstogt

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1852 | | pagina 91