36 DE DOOPSGEZINDEN hoewel hij het uit eene andere bron heeft geput (2). Mij is evenwel te dezen aanzien een en ander voorge komen in het gemeentelijk en kerkelijk archief van St. Maartensdijkdat mij in staat stelt cenig meerder licht over deze zaak te verspreiden, en ik achtte het niet geheel nutteloosde resultaten mijner nasporing ter plaatsing aan te bieden in dit jaarboekje hetwelk de bekendmaking van merkwaardige gebeurtenissen dezer provincie hoofdzakelijk zich ten doel stelt. Het is bekenddat in Zeeland al vroeg een groot aantal Doopsgezinden werd aangetroffen, van wie het intusschen onzeker schijnt (wat door sommigen ech ter geloofd wordt) of zij hun oorsprong ontleenden uit de Waldenzendie zich in en sedert de 12<b eeuw in onze gewesteninzonderheid in Vlaanderenhadden gevestigd, Het kon wel niet andersof deze menschen, die veelal uitblonken door vroomheid van hart en wan del moesten te voorschijn treden en hunne ingeno menheid met de hervorming aan den dag leggen toen deze meer en meer in de Nederlanden doorbrak. Dochdaar men henuit onkunde of mot boosaar- digen opzet, steeds verwarde met de oproerige "We- derdoopers hoewel zij met deze dweepzieke woest- aards niets anders gemeen haddendan eenige denk beelden nopens den Christelijken doop stonden zij aan eene nog scherpere vervolging bloot dan de Her vormden. En ofschoon zijbij de meerdere vestiging der hervorming in ons gewestonder en na de groote worsteling met het magtige Spanje om burgerlijke cn godsdienstige vrijheid door 's lands overheid wer-

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1852 | | pagina 96