aanteekeningen.
1) Misschien sthictevoor stihcle dichte.
2) Gr. Gharterh.D. IIbladz. 84,128135171192 enz.
3) Aldaar bladz. 496.
4) Zie Smallegange. Oudheden en Gest. van Zeeland
en vooral E. B. Swalue in de Z. Volks-Alm. voor 1843.
5) Hist. Crit.y Tom. II, pag. 509, 531, 609, 633, 729, 808.
6) In oudere testamenten wordt het anders uitgedrukt,
b. v. in dat van den Vlaamschen Graaf Robert van Jerusalem
die in 1105 zeide: divinae admonitioni aurem cordis incli-
nans, quae ait: thesaurisate vobis thesauros in coelo simul-
que considerans divitias mundi et gloriam corruptioni obnoxiam
necessarium duxiut per manus fidelium aliquid Ulo prccmittc-
remquod moriens integrum inveniremJ Be Germaan nam
paardknecht enz.de Hindo zijne liefste vrouwen mede in
zijn graf, omdat hij ze, ook hierliever bij zich hield tot de
afreizedan vooruitzond. Be Kruisvaarder had echter het be
langrijke van woorwzYzenden leeren kennen. Be handelaar
zoekt voor zich de »?^jftnogelijke winsten de geldschieter