DE CHIUUa&IJN. 71 viiiclen wij de vrucht van de vlijt des kuipershet nuttige vaatwerk, geschaard. De huidenvetters nemen het westeinde der haven in. In de lange-vorst. en op de haven wordt de koorn- en zaadmarkt gehouden. Beddenverkoopers en oude-kleerkoopers staan op de beestenmarkt. Paarden, runderen en ander vee koopt en verkoopt men in de wijnstraatmeubelenalskis ten schrijnentresoren vóór den rentmeester van Kloetingeaardenwerk achter den Engel en het Pa radijs houtwerk achter den Eik en den Wildeman. In het kort, geene geschikte plaats is ongebruikt ge laten zelfs op het kerkhof en in de kerk wordt ons nog iets, namelijk: was, beelden, brieven te koop aangeboden 3). Uit verschillende oorden zien wij menschen van verschillenden stand, van verschillenden leeftijd, van verschillende bedoelingen rondom ons wemelen. De dorpen in de nabijheid moeten wel uitgestorven schij nen, zoo velen hunner bewoners herkennen wij hier aan hunne eigenaardige kleedij. De stedelingen, op grooteren of kleineren afstand van Goes gehuisvest, begeeren, blijkens hunne komst, mede hun aandeel te hebben in het genot der feestelijke dagen. Zoowel uit Goes zelf, als van elders, ziet gij hier den wel varenden burger, ginds een achtbaar lid van het ste delijk bestuur. Het krijgshaftige gelaat en het meer sierlijke hulsel doen u iets verder ligteüjk den edele herkennen. Grijsaards bewegen zich nog langzaam tusschen de reijen, waardoor zij als kinderen henen dartelden en op later' leeftijd wandelden met meer

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1853 | | pagina 137